HEEMSCHUT 67 Sociale Zaken besloten, daarvoor geen werkverschaffings-subsidie te verleenen, zoodat de aanleg ervan niet doorgaat. Het laatste geval, waarbij wij onze medewerking verleenden, betreft de zandwegen in de Provincie Overijssel. Vele gemeenten in die Provincie zijn er den laatsten tijd toe overgegaan om deze wegen in werkverschaffing te gaan normaliseeren. Een bezoek ter plaatse van ondergeteekende met de voltallige Landschapscommissie van Het Oversticht, bracht ons tot de overtuiging, dat wanneer men bij de verbetering dier wegen alleen rekening houdt met de eischen van de techniek, aan de landschappelijke schoonheid en het fraaie natuurlijke karakter dier wegen veel meer schade dan noodig is wordt toegebracht; dit zal het beste voorkomen kunnen worden wanneer bij dezen arbeid advies en medewerking zullen worden ingeroepen van bevoegde landschaps- kundigen, in dit geval van de Landschapscommissie van Het Oversticht. Onze Commissie heeft daarom een adres gericht tot Ged. Staten van Overijssel, waarbij wij dit College verzocht hebben, om aan de gemeenten in hunne Provincie in overweging te geven, geregeld en vooral ook tijdig gebruik te maken van de adviezen van deze Landschapscommissie. Een gelukkig gevolg van ons bovenvermelde bezoek, o.a. in de gemeente Ommen, alwaar de Burgemeester dier gemeente ons vergezeld heeft, is geweest dat, zooals de Burgemeester ons geschreven heeft, het College van B.-ö W. besloten heeft, om voortaan voor elk plan van verbetering van een zandweg het oordeel van de bovengenoemde Landschapscommissie in te roepen. Waar het hier betreft een landelijke gemeente van niet minder dan 18000 H.A., met vele fraaie zandwegen, mag dit zeker als een mooi succes beschouwd worden. Propaganda. Onder het hoofd Propaganda moge ik met erkentelijkheid vermelden, dat onze Voorzitter de serie lezingen, welke hij in het voorafgaande verslagjaar hadbegonnen, dit jaar op intensieve wijze heeft voortgezet; het betreft hier alles lezingen voor de Provinciale Afdeelingen van de Vereeniging v. Ned. Gemeenten, waar geregeld vele autoriteiten verschijnen, voor wie een dergelijke propaganda mede in de eerste plaats haar nut zal hebben. Verder kan ik vermelden de schriftelijke propaganda in den vorm van artikelen, en wel van de hand van den heer OVERDYKINK in het blad De Trekker van de Ned. Jeugd-Herberg-Centrale, in hetzelfde blad van den heer KOK, Secretaris van den Bond Heemschut, over ontsierende reclame, en van mijzelf artikelen over de wegen in het algemeen in het Propagandanummer van de Afd. den Haag van de Ned. Historische Vereeniging en in het tijdschrift Waterschapsbelangen, het officieele orgaan van de Waterschapsbonden in de 7 noordelijke en oostelijke Provincies inclusief Noord-Brabant. Tenslotte moet nog worden vermeld, dat de heer P. VERHAGEN wegens drukke werkzaamheden heeft moeten bedanken als lid van onze Commissie, en dat in zijn plaats tot lid werd benoemd de heer K. C. VAN NES, landschap-arch. te Apeldoorn. Verder, dat bij het aftreden van den heer VAN LONKHUYZEN als Directeur van de Ned. Heide Mij., zijn opvolger, de heer VAN MAANEN, als lid van onze Commissie is toegetreden, terwijl de heer VAN LONKHUYZEN zich bereid heeft verklaard, lid van onze Commissie te blijven. H. CLEYNDERT AZN., Juni 1936. Secretaris van de Commissie De weg in het Landschap.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1936 | | pagina 7