HEEMSCHUT
63
naar voren van beplanting en "uitzicht met als 't laatste merkwaardige de zandwegen
in de Oostelijke Provinciën die bij verharding veelal gemaakt worden tot zeer
lange lijnrechte strepen in het landschap.
Boomen langs wegen vroegen veelal de belangstelling; soms één vrijstaande boom,
-zooals te Heel (L.), soms een marktplein zooals te Heenvliet, soms een fraaie laan
zooals te Amersfoort. Deskundige bestuursleden konden raadgevingen verstrekken,
meermalen in samenwerking met het Staatsboschbeheer.
'Uitbreidingsplannen vroegen de aandacht. Hilversum dat zoo goed slaagde, Baarn
waar zoovele bezwaren tegen waren, Warmond waar een deel polderlandschap
voor bebouwing zou worden bestemd en vele kleinere gevallen.
Lintbebouwingeen nieuw woord dat nu ieder begrijpt gaf aanleiding tot een
massabijeenkomst te 's Gravenhage en een brochure, waarbij de A. N. W. B. en de
Vereeniging „Het Nederlandsch Wegencongres'' voorop gingen en Heemschut volgde.
Bruggen stonden in de belangstelling. De dubbele ophaalbrug te Ouderkerk, die
verdwijnen zal wanneer de nieuwe brug vlakbij gereed is, de Vechtbruggen van
Loenen en Maarssen, de bruggen over de haven van Harlingen, de brug over de
Linge bij Leerdam en nu weer de brug over de sluis van Puttershoek. Alles
uitnemend geschikt om op hoogte te komen van de nieuwere topografie van Nederland.
Beken hadden bij herhaling de aandacht. Werden vroeger zonder dat iemand er aan
dacht schoone beekjes uit hun natuurlijk verloop tot kanalen gemaakt, thans is ook
voor dit onderwerp de belangstelling ontstaan, niet alleen uit schoonheidsover
wegingen, doch ook omdat bij de kanalisatie de bodem, de flora en fauna wordt
aangetast. De Buurserbeek bij Enschedé was ten deze het belangrijkste geval, met
verschillende beken in het Limburgsche. Ook de vervuiling der beken, vooral in
Brabant, heeft de aandacht.
Aan verschillende jubilea verleende de Bond Heemschut medewerking: de Antwerpsche
Vereeniging voor Natuur- en Stedenschoon en de Zeeuwsche Vereeniging „Nehalennia"
die beide 25 jaar bestonden, de Internationale Natuurbescherming die 10 jaar bestond.
De Jeugdbeweging vond krachtige uiting in de Commissie voor de Bevordering van
de Heemschutgedachte onder de Jeugd, waarvan Dr. G. BROUWER te's Gravenhage
de stuwende kracht is; alhoewel een zelfstandige commissie, heeft deze steeds de
volle medewerking. Met eëre moge ook genoemd worden de Jeugdvereeniging
„De Tonijn" te Amsterdam die een aardige tentoonstelling inrichtte op natuur
historisch gebied.
Het Gemeentelijk Bouwtoezicht van Amsterdam bond den strijd aan tegen de
mastbosschen op de daken, de overtollige antennestokken. Nu eenmaal hierop de
aandacht gevestigd was kon ook in andere plaatsen daarop gewezen worden. Ook
op de ontsieringen, teweeggebracht door radiodistributie, soms met palen en dradeni
Verschillende vestingwerken vroegen de aandacht. Het waren in hoofdzaak die te
Doesburg en te Terneuzen. Temeer omdat bij dit onderwerp de militaire
bouwkunst een bijzondere vakkennis te pas komt, werden deze vraagstukken