een zoo groot mogelijk aantal dieren buit te maken, om daarmede b.v. een nieuw
opgericht en nog ledig museum te vullen. Wie dieren- en plantenwereld waarlijk
lief heeft neemt waar, bespiedt, onderzoekt met eerbied en voorzichtigheid en vindt
daarin genot. Hij doodt niet en vernielt niet, maar bewaart en beschermt. Voor hém
geldt: beter tien vogels in de lucht dan één in de hand, en liever dan eene verzameling
dierenlijken is hem de beschouwing van de levende in hun dagelijksch bestaan. Daarvan
schrijven zij (zooals die medewerker van de „N. R. C." over de Kralingsche plassen)
en wij hebben er onze verlustiging aan. Bij hen mogen de beide voorschreven jongens
ter schole gaan en leeren zien, hooren, genieten, zonder dooden of verstoren.
Heemstra State. Dit buiten bij Oenkerk is aangekocht door eene commissie,
die er een vrijzinnig rustoord van maken zal. Een architect zal het zoodanig veranderen
en uitbreiden, dat het aan zijne nieuwe bestemming zal beantwoorden. Men kan zich
slechts verheugen dat aldus Heemstra State (het Reisboek voor Nederland van onzen
penningmeester, den Heer G. A. POS 1922 noemt het op blz. 288 een schoon landgoed)
bewaard zal blijven. Moge voornoemde architect van het natuurschoon zóóveel sparen
als maar eenigszins mogelijk is!
Vogelmoord door vliegtuigen. Dezer dagen zagen Peenemünder visschers
twee eendekker-watervliegtuigen van de vliegschool Warnemünde boven het vogel
protectoraat Peenemünderhafen. Beide machines, die bijna iederen dag daar passeeren,
weken echter plotseling van den gebruikelijken koers af om vervolgens tegen de
opfladderende zwermen wilde eenden op te stuiven! Tallooze dieren vielen, tengevolge
van den hevigen luchtdruk ontzield omlaag en vele andere werden door de schroeven
gedood. De visschers vonden afgeslagen vleugels, koppen, pooten en ingewanden van
de gruwelijk vermoorde vogels. De visschers te Peenemünde verklaren, dat het vaak
voorkomt, dat de vliegers boven het vogelprotectoraat vliegen: ook zwanen zijn reeds
door hen achtervolgd. Het staatsbureau voor natuurbescherming is van een en ander
in kennis gesteld.
Ook in Duitschland zijn zulke gruwelen nog mogelijk. Maar daar is toch een
staatsbureau voor natuurbescherming, waartoe men zich wenden en dat maatregelen
nemen kan. Waar is onze staatssbemoeiing?
Vogelkalender. Dat de geheele oplaag van den vogelkalender 1931 is uit
verkocht, verbaast niemand, die den inhoud en de uitvoering ervan kent. Iets anders
is, of hij in de toekomst nog reden van bestaan zal hebben? Of er dan n.1. nog
vogels zullen zijn? Zeker is dat niet, gemerkt de slachtingen die nog immer in de
vogelwereld worden aangericht, In de maand October (1930) werden over Beek ver
zonden: 4974 vinken, 3975 kneutjes, 578 groenlingen, 643 sijsjes, 57 geelgorzen en
20 putters. Bovendien werden per spoor van Nijmegen naar Kronenburg nog vervoerd
4161 stuks (zonder nadere specificatie) zoodat Nijmegen alleen via Kronenburg (hier
ontmoeten spoor- en tramweg elkaar) in October 14.418 vogels over de grens heeft
gezonden. Dit is de uitvoer in ééne maand uit ééne stad! Tegen zulke uitmoordingen
zijn de dieren niet bestand. Men vraagt, of er dan geen rechters meer zijn in Berlijn?
In Berlijn wel, maar hoe is het bij ons? Wat baten interpellaties in de Kamer, protesten
van natuur- en dierenvrienden, wanneer er van het Binnenhof geen last komt om met
de beteugeling van dezen gruwel der verwoesting ernst te maken.
Nirwana. Het „flatgebouw" (de naam is zoo leelijk als het ding) Nirwana,
waarover wij de vorige maal schreven, krijgt, zegt men, nog twee geheel gelijkvormige
kubussen naast zich. Dat wordt daar een lust voor de oogen. L. K.