malige klooster nog een laatste overblijfsel van het Vrouwen-Gasthuis bestaande uit
typische vertrekjes en een leuk oud gangetje: een schilderachtig stukje vol Middeleeuw-
sche reminiscensen. Tusschen beide deelen ligt de vleugel, die in de 18e eeuw door
verbouw zoo veranderd werd. Daarin is een oude regentenkamer gevestigd met een
aardige betimmering en als schoorsteenstuk een portret vqn TRIJN REMME, de heldin
van 1573, de Alkmaarsche Kenau. Voor die afdeeling van het gesticht zien we den
gevel die nog hier en daar' de herinneringen toont uit den tijd der verbouwing, hier-
voren reeds besproken. Ernaast staat een rij goed getroffen 18e eeuwsche stoeppalen.
Meer details in dit kleine bestek te behandelen is niet doenlijk. Men kome ons
Gasthuis zelf bekijken, eer het te laat is!
Alkmaar, October 1928. Mr. J. BELONJE.
HOTEL DE DOELEN TE GRONINGEN.
De Doelen te Groningen is 'n oud gerenommeerd hotel, was oud en tevens versleten,
als gebouw althans, als instelling, als zaak vol energie. Wat te doen? Het ge
bouwencomplex afbreken en 'n nieuw gebouw maken? Dan was die eigenaardige sfeer
van oud-Groningsche deftigheid weg, dan kon .men een best hotel verkrijgen, doch zou
het voor den toerist niets anders bieden dan :'n hotel in een willekeurig andere stad
en de ras-Groninger was zijn „Doelen" kwijt. Inwendig bevatte het gebouwencomplex
enkele fraaie zalen, o.a. een groote eetzaal, doch verder was 't 'n rommeltje. Na rijp
beraad is besloten de gevels en de enkele fraaie interieurs te restaureeren en van het
overige een goed hotel te maken met modern ingerichte kamers. Aldus is geschied.
De groote eetzaal is in de voor den bouwtijd toepasselijke kleur geschilderd, prutserijen
zijn verwijderd en hersteld en de zaal verkreeg daardoor een gansch ander aanzien.
Daarnaast vindt men een nieuw trappenhuis, gewapend beton en teakhout. Dat is het
moderne begrip van restaureeren. Wat goed oud is restaureeren, wat rommel is of
versleten nieuw maken in vorm en kleur harmonieerend met het oude. Geen copie oud.
Geen valsche antiquiteiten. i
De gevel was feitelijk een samenvatting van twee oude woonhuisgevels. De linker,
de eenvoudigste, laat-18e eeuwsch is al heel eenvoudig. Een plat vlak met gaten. De
zuiver geproportioneerde vensters geven er een sfeer van deftigheid aan. Die proportie
voorschriften zijn we in onzen tijd kwijt geraakt; mèt de gilden verdwenen. De vensters
zullen oorspronkelijk kleiner formaat ruiten gehad hebben; omdat dit niet leelijk was
en practisch bruikbaar hebben we 't zoo gelaten. In de verschillende reclameborden is
wat orde gebracht. Het bovenlicht van de deur, dat leeg was, heeft weder een snijraam
met 'n echt oud stukje snijwerk. Het rechter huis bood wat meer moeilijkheden en was
historisch belangrijker. De onderverdieping is eerst van de ontsierende pleister ontdaan
en toen voorzien van vensters bij den bovengevel passende. Er zal vroeger wel eens
een deur geweest zijn, doch dat was niet weer te vinden en we hadden geen deur
noodig want achter die drie vensters ligt de groote eetzaal, waar de Groningers hun
Kerstdiner moeten houden en dat kunnen ze daar in 't koele Noorden! De geheele
gevel is schoongemaakt, gerepareerd, de top eraf gehaald en er weer op, verf van de
natuursteen geloogd, kortom een boel werk gedaan met als resultaat dat men er niet