te schenken. D,e prachtige Hemony- en v. d. Gheyn-klokken behielden in den droevigen
tijd van vergetelheid hun mooi timbre en wachtten geduldig totdat men haar schoonheid
opnieuw ontdekken zou! Zijn alleen materieele factoren de oorzaak geweest, dat men
het kostbare bezit zoo lang genegeerd heeft?
In ieder geval: tien jaren geleden woei de nieuwe speelkunst van België over
naar Nederland en deze is bezig, ondanks aanvankelijke tegenwerking en door algemeene
onverschilligheid ontmoedigd initiatief, meer en meer erkenning te krijgen in ons land.
Zij heeft die ook reeds in Fransch-Vlaanderen, waar krachtige pogingen voor herstel
gedaan worden. In St. Amand-les-eaux heeft men 't klavier van 't carillon op Mechelsche
wijze ingericht en geeft MAURICE LANNOY geregeld zomerconcertenverschillende
steden hebben na de verwoesting van den wereld-oorlog hun beiaard geheel hersteld;
in Normandië's rijke hoofdstad Rouaan met haar vele oude kerken hoort men overal
„voorslagen"de cathedraal heeft er een nieuw klokkenspel (ik meen van 29 klokken).
Engeland, Amerika en Canada zijn nieuwe „beiaardlanden" geworden: JEF ÖENYN en
zijn knapste leerlingen maken er kunstreizen. In Holland hebben vele steden het
Arnhemsche voorbeeld gevolgd en de instrumenten hersteld of de torens van nieuwe
voorzien. De tegenwoordige klokkengieter JOHNSTON heeft een wereldreputatie door
de zuivere, „getemperde" stemming van zijn beiaarden. Ik behoef niet verder uit te
wijden: 't is ieder duidelijk, dat hier van een renaissance sprake is. Ik heb mij nu te
bepalen tot datgene, wat door zijn aard in staat was, de torenmuziek tot werkelijke
kunst te verheffen. Laat ik daarom iets vertellen over den Arnhemschen Eusebius als
zetel van een der mooiste beiaarden ter wereld.
Want voor de renaissance van het kunst-klokkenspel in ons land heeft Arnhem
bijzondere beteekenis. Toen de Vlaamsche klokkenisten aan verscheidene Hollandsche
musici en vrienden der kunst getoond hadden, hoe den beiaard opnieuw te bezielen,
toen JEF DENYN hun het geheim zijner machtige spraak onthuld had, en hen deed
beseffen, dat de klokken, die in vroeger eeuwen bekoord en haar geestdriftige bespelers
gekend hadden, een wederopstanding beleefden in de toonkunst, toen was Arnhem de
eerste stad, die de herstelling van haar beiaard toevertrouwde aan den man, die door
zijn ontroerend spel aan een kunstzinnig volk een vergeten muzikale schoonheid terug
geschonken had. DENYN vond een schat van klokken in den Eusebiustoren. En hoe
jubelde deze, toen op dien gedenkwaardigen feestavond in Augustus, zijn Hemony-
klokken in oude liederen een niet meer vermoede klankschoonheid openbaarden.
En met hoe weinig was dit mogelijk gewordentoepassing van het hier eerst zoo
zeer gevreesde tuimelaar-systeem, dat door veranderde verbinding van stokkenklavier
en klepel de klokken véél beter aan den wil van den speler doet gehoorzamen dan
bij het broeksysteem, opstelling der klokken in rijen, met de kleinste boven, de grootste
onder (dit is echter nog niet geheel naar wensch op onzen toren), verandering van het
eerst zeer gebrekkige stokkenklavier. Dit was de heele hervormingIk moet hier
bijvoegen, dat enkele meer kostbare veranderingen noodig blijven, wil men Arnhem's
carillon in den besten toestand brengen. Voor den ijzeren klokkestoel moet een houten
in de plaats komen, het bovenste octaaf kleine klokjes, tenminste het meerendeel ervan
(die van JEAN BAPTISTE Le VACHE en twee waarvan de gieter onbekend is) door
nieuwe vervangen worden. Verder zouden verscheidene klokken eens omgehangen
moeten worden.
Van de 3 groote luiklokken (zoogen. c, d en eklinken as, bes en c) zijn die van
GOBELINUS Moer en GERARDUS de Wou in 1477, de daarop volgende chromatisch
opgaande 25 door FraN^OIS HEMONY gegoten; in 1661 kwamen er nog 7 van