daarom ÖOEDE VAN AMSWEER in 1598 aan den Embder Predikant MENZO AlTING
door een brief verzogt, om in het bezorgen van Predikanten voor deze provincie ook
te gedenken aan de verstrooide kerken, die aan de Westzijde van het Reydiep waren
gelegen." In 1607 waren er nog 10 gemeenten zonder predikant, o.a. de volkrijke
plaatsen Grijpskerk en Noordhorn. Ook werden de negen kerken van Vredewold (een
onderdeel van het Wes ter kwartier) alleen door den predikant van 't Oldebert (thans
Tolbert genoemd) bediend „zoodat de ingezetenen als schapen zonder herder, buiten
orde of tucht, er geheel in het wilde liepen. Dog deze en diergelijke klagten zijn,
wanneer ook derwaards arbeiders in 's Heeren oogst werden uitgezonden, eindelijk uit
den weg geruimd."
Op welke wijze de Staten van Stad en Lande zich met de bestemming der
geestelijke goederen, de predikantsbestellingen, hunne bezoldigingen hebben bemoeid,
zullen wij hier niet verhalen. In 1615 werd besloten, dat de pastorielanden „des
Carspels Fransum ende den Ham" (welke onder één pastor waren vereenigd) zouden
worden verhuurd. Evenals ten aanzien van de andere kerkdorpen was hier een
KERKJE TE FRANSUM. BAKSTEENEN PREEKSTOEL.
Zie hierover De geestelijke goederen in de provincie Groningen door Mr. W B S. BOELES, 1860