3. College van Uechnisch Adviseurs
ing. R.J. Ve elders, Gelderland
Samenstelling van het college (per 31 december 2004)
ing. L. de Visser, voorzitter
drs. J.P.J. van der Haagen, plv. voorzitter
vacature, Groningen
S. Wieringa, Friesland
ir. GJ. Tangerman, Drenthe
ir. M.H. Mauritz, Drenthe
ir. E.R. Huijgen, Overijssel
ing. J.G.C. Scharten, Gelderland
ing. T. Wiarda, Gelderland
J.H. Reijnen, Gelderland
ing. P.G.D. van Vliet, Utrecht
drs. P. Donkersloot, Utrecht
ing. J. Bergshoeff, Flevoland
H. Dirkx, Noord-Holland
ir. P.M. Capelle, Noord-Holland
ing. W. Scha gen, Noord-Holland
ir. P.C. LankampAmsterdam
mr. E.S. Hoogendijk, Amsterdam
ing. A.C. Bitter, Zuid-Flolland
G.K. Vos, Zuid-Holland
G.B.F. van der Vliet, Noord-Brabant
H.J.J. Oome, Noord-Brabant
B J.M. Tonies, Noord-Brabant
ir. H.M.J. Palmen, Limburg
ing. Chr. Versteeg, Limburg
H.L.M. Dircks, Limburg
Mutaties
In het verslagjaar 2004 werd afscheid genomen van
drs. J.C. de Kroon als voorzitter van het college van
technisch adviseurs. De heer ing. L. de Visser volgde
hem op. De heren ir. L.W. Barneveld (Groningen),
mr. ing. J.A. de Keuning (Zeeland) en ing. M. van
Hemert (Zuid-Holland) beëindigden het lidmaatschap
van de desbetreffende provinciale commissie en
daarmee het lidmaatschap van het college van
technisch adviseurs.
De heer ing. L.J. Eelman is benoemd tot voorzitter
van de commissie Amsterdam en heeft zich om
statutaire redenen teruggetrokken als technisch
adviseur. De heer P.C. Lankamp volgde hem namens
Amsterdam op.
Vergaderingen
De technisch adviseurs zijn in 2004 tweemaal
bijeengekomen te Amsterdam, op 12 februari en
23 november. Tijdens de vergaderingen werd
gesproken over het nieuwe welstandsbeleid, de Nota
Ruimte en het beleidsplan 2004-2008. In de laatste
vergadering onder voorzitterschap van de heer De
Kroon werd stilgestaan bij het dertigjarig bestaan van
het college van technisch adviseurs en gesproken over
aard en wezen, nut, noodzaak en samenstelling ervan.
Besloten is om in de toekomst minder frequent te
vergaderen, maar met een goed gevulde agenda en
meer casuïstiek. Voor de eerste vergadering in 2005
staat de windturbineproblematiek op de agenda.
Algemeen beleid
De bestemmingsplannen (juridisch-ruimtelijke
plannen) krijgen binnen Heemschut nog altijd niet
die aandacht die ze verdienen. Het cultuurhistorisch
beleid, monumentenbeleid, welstandsbeleid (zowel
bouwkundig als stedebouwkundig), architectuurbeleid
en archeologiebeleid vinden immers alle hun ruimte
lijke grondslag in de bestemmingsplannen.
De cultuurhistorische waarde dient volgens de
Heemschut-filosofie het sturende en ordenende
beginsel zijn van de ruimtelijke planning en ordening.
In de Belvedere-filosofie is de cultuurhistorische
waarde een richtinggevend beginsel.
Het aantal meldingen van objectgevallen neemt af als
gevolg van de beschermingsmaatregelen na voltooiing
van het landelijke Monumenten Inventarisatie Project
(MIP) en de toegenomen algemene waardering voor
de cultuurhistorische periode 1850-1940. Gevallen
van planologische aard moeten meer gemeld worden.
Versterking van de deskundigheid op het gebied van
het ruimtelijk beleid en het ruimtelijk recht is van
groot belang.
De nota Belvedere heeft een nieuwe koers ingezet en
treedt buiten de oude sectorale oevers van de
monumentenzorg door te stellen dat de cultuur
historie niet is los te koppelen van de ruimtelijke
ontwikkeling en omgekeerd.
8