plaatsing op de rijksmonumentenlijst in aanmerking komen te plaatsen op een gemeentelijke (aanvullende) monumentenlijst. De publikatie van de model-monu- mentenverordening 1988 door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten steunt de gemeenten in hun streven deze eigen verantwoordelijkheid vorm te geven. Talloze door de Bond Heemschut als cultuur monumenten beschouwde objecten genieten van rijkswege noch van gemeentewege juridische bescherming. Het beschermde rijksmonumenten bestand is slechts een selectie van het totaal aan beschermenswaardige objecten. Noodzakelijk is het dan ook dat de Bond Heemschut stimuleert dat de Nederlandse gemeenten spoedig overgaan tot vast stelling van een gemeentelijke monumenten verordening en instelling van een gemeentelijke monumentencommissie. Dit dan niet om als gedecentraliseerde gemeente het vergunningenstelsel van rijksmonumenten van de Minister van WVC over te kunnen nemen (zoals vermeld ad 1maar om monumentwaardige onbeschermde objecten aanvullend te kunnen aanwijzen tot gemeentelijk beschermd monument. De genoemde VNG-publikatie over de gemeentelijke monumentenverordening, verschenen in de Blauwe Reeks no. 74, verschaft alle nodige informatie over verordening en beleid. Indien een gemeente tot vaststelling van een verordening overgaat teneinde een aanvullend gemeentelijk monumentenbeleid te kunnen voeren, zal de zorg van de in te stellen monumentencommissie zich ook uitstrekken tot de inventarisatie en selectie van de te beschermen gemeentelijke monumenten en het adviesbeleid hieromtrent. Reden voor de Bond Heemschut om de komende jaren de gemeenten te activeren een dergelijke monumenten verordening te doen vaststellen. Participatie van de Bond Heemschut in een dergelijke gemeentelijke monumentencommissie of het onderhouden van nauwe betrekkingen met in dergelijke monumentencommissies vertegenwoordigde locale/regionale organisaties is een strikte noodzaak om op de hoogte te kunnen blijven van de beleidspraktijk en om invloed te kunnen uitoefenen op de inventarisatie, de selectie en op de beslissingen aangaande de aanvullende gemeentelijke monumenten. De gemeentelijke monumentenverordening is een nood zakelijk instrument ter bescherming van landelijk gezien tienduizenden onbeschermde cultuurmonumenten. De Bond Heemschut zal de gebruikmaking van dit instrument bij de Nederlandse gemeenten stelselmatig gaan bepleiten. Het beleid inzake de resultaten van het Monumenten Selectie Project 1850-1940 De inventarisatie-resultaten van het MIP komen langzamerhand in de openbaarheid. Talloze historisch waardevolle panden uit de periode 1850-1940 zijn inmiddels in woord, beeld en kaart gebracht. Het vervolgproject, het Monumenten Selectie Project, draait op volle sterkte. Honderd onderzoekers, administratieve krachten en projectleiders in de twaalf provincies en de vier grote steden werken aan het project. Volgens verwachting zullen 15.000 van de 200.000 geïnventariseerde objecten, en tientallen gebieden van bijzondere waarde voor rijksbescherming in aanmerking komen. De Bond Heemschut zal zich hieromtrent ten doel stellen met nadruk te bepleiten dat de gemeenten, zodra de MSP-gegevens bekend zijn geworden, de noodzakelijke maatregelen van bescherming en zorg zelf nemen. De geregistreerde historische bebouwing zal als toetsingskader van het gemeentelijke vergunningenbeleid moeten fungeren. Deze jongere cultuurmonumenten dienen net als de oudere cultuurmonumenten coördinaten te zijn voor de beleidsvoering inzake de ruimtelijke ordening, de stads- en dorpsvernieuwing, de landinrichting en de welstandszorg. De Bond Heemschut zal deze stelling- name onder de aandacht van de gemeenten brengen. Het welstandsbeleid De verantwoordelijkheid voor het toezicht op de welstand ligt bij de gemeenten. Welstandscommissies brengen aan het college van burgemeester en wethouders advies uit over nieuwbouw- en verbouwplannen. De welstandscommissies dienen deze plannen op basis van redelijke eisen van welstand te bespreken, te beoordelen en te toetsen aan de te verwachten ontwikkeling in de omgeving waar gebouwd gaat worden. De Bond Heemschut zal bevorderen dat de taak van de welstandscommissies wordt uitgebreid. In plaats van controle op ingediende bouwplannen achteraf, zouden welstandscommissies al moeten worden ingeschakeld bij het opstellen van structuurplannen en bestemmingsplannen om de gewenste stedebouw- kundige en architectonische kwaliteit zeker te stellen. In de Vierde Nota op de Ruimtelijke Ordening wordt ruimtelijke kwaliteit als één van de centrale thema's van het toekomstige ruimtelijke beleid opgevoerd. Ruimtelijke kwaliteit zal worden bevorderd indien de gemeenten, geadviseerd door de welstandscommissies nieuwe stijl, vanuit een integrale ruimtelijke visie uitgangspunten en richtlijnen vaststellen. Een aldus tot stand gekomen ruimtelijk kwaliteitsplan kan als autonoom beleidsstuk een toetsingskader vormen voor het bouwvergunningenbeleid. Een andere mogelijkheid is het kwaliteitsplan onderdeel te laten uitmaken van de toelichting op het bestemmingsplan. De Bond Heemschut zal hiervoor in contact treden met de Federatie Welstandstoezicht te Utrecht en zal vervolgens deze voor de welstandscommissies nieuwe taakstelling bij de gemeente bepleiten. Op instigatie van de Bond Heemschut zijn in de jaren twintig de welstandscommissies opgericht. Architectonische en stedebouwkundige vormgeving staat thans gelukkig volop in de belangstelling. Beleidsmatig vooraf functionerende welstandscommissies zullen een onmisbare factor kunnen gaan betekenden ter bevordering van de schoonheid van stad, dorp en landschap. 46

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Jaarverslag 1912-1923, 1990-2014 | 1997 | | pagina 48