kader van het vigerende meerjarenbeleidsplan van de
Bond Heemschut.
Gedachtenwisseling over het historische landschaps
behoud vond plaats vooral ten aanzien van de illegale
reclame-uitingen in het landelijk gebied, de plaatsing
van de talloze moderne windturbines, de tracé-keuze
van de hogesnelheidstrein en de regionale structuur
visie voor het ontwikkelingsgebied Assen-Groningen.
Het tijdschrift Heemschut maakte veelvuldig melding
van die zaken op het terrein van de planologische en
jurische monumentenzorg, die ook op de vergaderingen
van het College van technische adviseurs aan de orde
waren gekomen.
Niet onvermeld mag blijven dat de taak en de
werkwijze van de technische adviseur in relatie tot zijn
provinciale commissie, naar aanleiding van een notitie
van de heer Strijbos, uitgebreid besproken werd.
Meerjarenbeleidsplan van de Bond Heemschut
De Bond Heemschut, Vereniging tot bescherming
van cultuurmonumenten in Nederland, stelt zich ten
doel de bescherming van historische cultuuruitingen,
die zich ruimtelijk manifesteren.
Zodra de Bond Heemschut een ruimtelijk manifeste
cultuuruiting een historisch waardevolle getuigenis
acht, beschouwt hij deze uiting als een cultuur
monument, waarvoor effectieve maatregelen van
bescherming genomen dienen te worden zowel
objectgericht als gebiedsgericht.
Tachtig jaar voert de Bond Heemschut pleidooien
voor beschermende maatregelen. Veel kwam gelukkig
al tot stand, veel moet echter ook nog gebeuren.
De Bond Heemschut zal zich de komende jaren in het
bijzonder richten op het beïnvloeden van het beleid en
het geven van particulier tegenspel inzake het volgende:
- het gemeentelijk monumentenbeleid inzake
beschermde rijksmonumenten;
- het gemeentelijk monumentenbeleid inzake
beschermde gemeentelijke monumenten;
- het beleid inzake de resultaten van het Monumenten
Selectie Project 1850-1940;
- het welstandsbeleid;
- het beschermingsbeleid inzake historisch-geografisch
waardevolle objecten en structuren in het landelijk
gebied;
- het beschermingsbeleid inzake historisch
waardevolle stads- en dorpsgezichten;
- het beschermingsbeleid inzake historisch
waardevolle landschappen;
- het hergebruik van historisch waardevolle panden.
De leidende gedachte hierbij zal moeten zijn: de in de
Vierde Nota op de Ruimtelijke Ordening van rijkswege
gepropageerde ruimtelijke kwaliteitszorg impliceert
een gemeentelijke zorgplicht ook voor de historisch-
ruimtelijke kwaliteit. Zowel de zorg voor de
ruimtelijke kwaliteit van 'oudbouw' als de zorg voor
de ruimtelijke kwaliteit van nieuwbouw in relatie tot
'oudbouw', biedt immers pas de mogelijkheid om de
historische dimensie van onze ruimtelijke orde - van
stad, dorp en landschap - in Stand te houden.
De gemeenten zullen daarom naar het oordeel van
de Bond Heemschut een integraal en samenhangend
beschermingsbeleid moeten gaan voeren. De
overheersende objectgerichte aanpak zal verruimd
moeten worden tot een gebiedsgerichte.
Volgens een planningsschema zullen gemeenten en
locale/regionale organisaties door de Bond Heemschut
worden benaderd teneinde te bevorderen dat de
historisch-ruimtelijke waardevolle objecten, structuren
en patronen de noodzakelijke juridische en planologische
bescherming zullen gaan verkrijgen en dat door middel
van het stellen van duidelijke stedebouwkundige
randvoorwaarden nieuwbouw harmoniërend zal zijn.
Het gemeentelijk monumentenbeleid inzake beschermde
rijksmonumenten
De Monumentenwet 1988 geeft de gemeente de
mogelijkheid het vergunningenstelsel voor rijks
monumenten van de minister van WVC over te
nemen. Aan de overname zijn voorwaarden verbonden:
de gemeenteraad moet een monumentenverordening
vaststellen waarin tenminste de inschakeling van een
monumentencommissie is geregeld.
Deze commissie adviseert burgemeester en
wethouders over de aanvragen tot wijziging of afbraak
van een rijksmonument. De commissie zal tenminste
twee leden moeten tellen. Voor het overige stelt de
Monumentenwet 1988 geen eisen aan de samenstelling
en deskundigheid van de commissie. Door de advies
rol die aan de monumentencommissie is toegekend,
zullen vertegenwoordigers van particuliere monumen
tenorganisaties -o.a. de Bond Heemschut- mede
inhoud kunnen geven aan de beleidsontwikkeling en
de beleidsvorming. De VNG publikatie Gemeentelijke
monumentencommissies aan het werk uit 1987 geeft een
nadere beschrijving van de taken en de samenstelling
van de gemeentelijke monumentencommissie en van
de rol van het particuliere initiatief, ook wanneer het
gaat om de zorg van gemeentewege voor de
rijksmonumenten. Het is van groot belang dat de
Bond Heemschut op de hoogte is van het doen en laten
van de gedecentraliseerde gemeenten ten aanzien van
hun vergunningenbeleid inzake de rijksmonumenten.
Participatie van de Bond Heemschut in gemeentelijke
monumentencommissies of het onderhouden van nauwe
betrekkingen met in deze monumentencommissies
vertegenwoordigde locale/regionale organisaties, is
een noodzaak om op de hoogte te kunnen blijven van
de beleidspraktijk en om invloed te kunnen uitoefenen
op de beslissingen aangaande de rijksmonumenten en
indien nodig tijdig actie te kunnen ondernemen.
Het gemeentelijk monumentenbeleid inzake beschermde
gemeentelijke monumenten
In steeds meer gemeenten wordt momenteel
overwogen om objecten die niet of nog niet voor
45