verlengd moesten worden, in verband met de zich vormende
zandbank aan de riviermond. Tot 1874 moet de gemiddelde
benodigde uitzetting van deze hoofden per jaar niet minder
dan 13 m geweest zijn. Ter bescherming van de riviermond
werd nu in 1745 het Waterkasteel aangelegd en wel op een
onderlaag van oude scheepsrompen. Erg solide schijnt deze
originele fundering niet geweest te zijn, want men moest her
haaldelijk reparatie's aan het Waterkasteel verrichten, wegens
verzakkingen. Aan het westerstrand werd naast de rivier in
1744 de batterij het Loo aangelegd, terwijl wij nog westelijker
het fortje Diere aantreffen. Ten zuiden van en tussen deze
sterkten in, was de Kampong buiten den boom (Loear Batang)
aangelegd.
Wat de genoemde zandbank betreft vermelden wij nog, dat
meermalen met moddermolens, o.a. met de molen van Mr.
Jacob Vaes, getracht werd deze te verwijderen. Ook probeerde
men met deze molens de grachten op diepte te houden. Alles
echter tevergeefs.
2. Het Kasteel.
Geven wij thans nog weer eens aandacht aan het kasteel: In
het begin van de achttiende eeuw werden verschillende ge
bouwen binnen het kasteel, die oorspronkelijk plat afgedekt
waren, voorzien van met pannen gedekte daken. Zo kreeg het
kasteelkerkje, dat wij reeds beschreven, in 1735 een spits toe
lopend dak. Het is erg jammer, dat er van het kasteel zelfs
geen nauwkeurige plattegrond overgeleverd is. De plattegrond,
welke fig. 13 ons toont, is een vergroting van een deel van een
stadskaart van omstreeks anno 1740, vóór de verhuizing van
de Gouverneur Generaal en vóór het wegbreken van de cour-
tine tussen de zuidelijke punten, Diamant en Robijn. In de
twee eeuwen van zijn bestaan, werden allerlei verbouwingen
aan het kasteel uitgevoerd. De laatste Gouverneur Generaal,
die binnen deze veste woonde, was Adriaan Valckenier (1737-
1741) en de laatste, die er nog vergaderde, was Van Over-
straten (1795-1801).
Welke indruk de beschouwer van het kasteel kreeg in de tijd,
toen het nog op zijn best was, is voor ons moeilijk aan de
57