47
1636 als „Capiteyn" op. Door hun arbeid en contributie's
hebben de Chinezen veel bijgedragen tot de bevestiging van de
stad Batavia. De Gouverneur Generaal Hendrik Brouwer
heeft dit dankbaar erkend. In 1632 waren er reeds 2300
Chinezen te Batavia.
Staatkundig leverden zij voorshands geen gevaar op, daar
hun vaderland zich niet om hen bekommerde. Hun neiging
tot stille inkruiping, omkoperij en ontduiking van „lastige"
bepalingen, moest echter steeds gecontroleerd en tegengegaan
worden. Verscheidene Chinezen kwamen te Batavia tot wel
stand, maar meer van hen zullen waarschijnlijk gestorven
zijn, voordat ze het verder dan tot koelie gebracht hadden.
Het was een harde maatschappij in de zeventiende eeuw, ook
voor de Europeanen. In ons eerste hoofdstuk stipten wij reeds
aan, dat de Hollanders, die in de zeventiende eeuw naar de
Oost trokken, lang niet allemaal van het beste allooi waren.
Het is dan ook niet te verwonderen, dat onder de eerste
Europese bewoners van Batavia voornamelijk kroegbazen ver
meld worden. Ook op sommige vrouwen was wel het een en
ander te zeggen, zodat het inrichten van een spinhuis nodig
werd geacht. Het monopolistische systeem der Compagnie
heeft zwaar gedrukt op de Europese samenleving van Batavia:
Enerzijds had de Compagnie voor haar handel een koloniale
vestiging op het gekozen centrale punt in het door haar be
streken uitgestrekte gebied nodig, al was het alleen maar voor
onderhoud harer schepen, opslaan harer goederen en voeren
harer administratie; anderzijds ontnam zij feitelijk door ver
bod van particuliere handel de bestaansmogelijkheden aan een
te Batavia opkomende burgerij. Jan Pietersz. Coen was ook
een voorstander van kolonisatie om het kostbare garnizoen te
kunnen vervangen door een gewapende burgerij. Hij zag zeer
goed in, dat voor vorming van een dergelijke burgerij een
beter soort mensen nodig was. Hij trachtte fatsoenlijke ge
zinnen, liefst met enig kapitaal, naar Indië te krijgen, maar
veel succes heeft hij met dat streven niet gehad, omdat ver
zuimd werd goede levensvoorwaarden voor de zo gewenste
Europese kolonisten te scheppen.
De ambtenarij der Compagnie was oppermachtig. Zelfs het