het achtererf. Ter weerszijden daarvan bevonden zich door pergola's en geschoren hagen omlijste hoven, waaraan de plat afgedekte bijgebouwen lagen. Na de dood van Jacob Mossel in 1767 kwam Weltevreden aan de G.G. Van der Parra. Bij het overlijden van Mevrouw Van der Parra werd het land Weltevreden als volgt begrensd: aan de noordzijde, de latere Post- en Schoolweg; aan de oostzijde, de grote Zuiderweg tot de Kramatbrug; aan de zuidzijde, de weg vandaar tot de Parapatanbrug; aan de westzijde, de Tjili- woeng. Het latere Waterlooplein met het in de omgeving daarvan gebouwde kampement en het Hertogspark lagen dus binnen deze grenzen. En toch werd de waarde toen op slechts 50.000 Rds gesteld. Van Overstraten betaalde echter meer, toen hij in 1797 Weltevreden te zamen met het ten zuiden daarvan gelegen land Kwitang kocht voor 137.803 Rds. Waarschijnlijk was dit zoveel hogere bedrag een gevolg van de toename der pasarinkomsten. De pasar werd op Maandag gehouden, vandaar de naam Pasar Senèn. Het deel van het land Weltevreden, gelegen benoorden Kali Lio, werd door het Gouvernement aangekocht voor 10.000 Rds, om daar een kampement aan te leggen. Na zijn optreden als G.G., heeft Daendels slechts kort op Weltevreden gewoond, waarna hij naar Buitenzorg ging. Daendels liet de twee grote zalen, vleugels van het hoofdgebouw van het landhuis Welte vreden, afbreken. Waarschijnlijk kort vóór de afbraak van deze beide vleugels, maakte de reeds eerder genoemde Capt. J. George een aquarel van het huis Weltevreden. Bij verge lijking met de tekeningen van Rach, valt op, dat op de aquarel de loze tweede verdieping met barocke topgevel aan de mid denpartij van de voorgevel ontbreekt en dat in de plaats daar van een driehoekig fronton staat. Ook de zwierige topgeveltjes boven de deuren der zijvleugels komen op de aquarel van Capt. George niet voor. Overigens komt het huis in hoofd- opzet, volgens de, ten aanzien van de weergave van de archi tectuur enigszins vage, aquarel van George overeen met de oudere afbeelding van de meer nauwkeurige Rach. De ver onderstelling ligt voor de hand, dat de top- en schijngevels niet solide genoeg geconstrueerd waren, zodat ze bouwvallig 108

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1954 | | pagina 111