44 Daar Lutma in de jaren 1643 en 1645 bedragen voor penningen uitbetaald kreeg van de schouwburg, is het verleidelijk deze schouwburgpenning waarvan er ver schillende exemplaren bestaan in die jaren te plaatsen. Uit deze tijd is waarschijnlijk de tekening, in bezit van Museum Fodor te Amsterdam, het ontwerp van een lampetkan die gesigneerd is J. Lutma. Het probleem van de vorm van een oor of handvat, dat hem hier bezig hield, zou hij later oplossen en krachtig en vol spanning drijven voor een lampetkan in 1647. Volgens de overlevering zijn deze lampet en schaal, een geschenk van de Staten van Holland aan Admiraal Maar ten Harpertsz. Tromp. Een optocht van zeegoden en -godinnen duiken druipend op uit de golven; op zee monsters rijdende kinderen, andere haringtorsend, zijn gedreven op de brede rand van de rooskantige schaal, omgeven door dolfijnornament. Een plaat bevestigd op verhoogde nodus is voorzien van een later opgebracht wapen van de zoon van de admiraal, Cornelis (afb. 45). De kan met sterk bewogen omtrekken vertoont een reliëf, Amphitrite in een zegewagen gezeten, getrokken door een hippocamp met een gevolg van tritonen en waternymphen. De gelobde voet met fratsen, het oor in de vorm van een zeeslang, de beweeglijkheid der reliëfs doen Lutma hier kennen als de gevoelige edelsmid, in wier handen het materiaal week werd en dat hij wist te drijven in welvende vlakken, waarop het licht speelde in zachte glinstering (afb. 46). De beëindiging van de tachtigjarige oorlog was aanlei ding tot verschillende opdrachten. In 1649 werd aan Lutma uitbetaald 1337 en 16 stuivers voor het maken van „diverse goude madalien tot een gedachtenisse van gemaeckte vreede" waarvoor het goud weder geleverd werd door de wisselbank. Deze penningen, die zowel in zilver als in goud voorkomen, vertonen aan de voor zijde Hercules en Minerva als personificaties van kracht en wijsheid; op de voorgrond de weggeworpen wapens, terwijl tussen de figuren zwevende engelen een banderol houden met het opschrift: Ob-cives-servatos. Op een

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1951 | | pagina 42