den Luikschen kant deden zich moeilijkheden voor. Tenslotte hebben de Staten den weg voltooid. Deze heeft niet weinig tot den opbloei van handel en ver keer met het Luikerland bijgedragen. Als men bedenkt, dat met het aanleggen en bestraten van den weg van 's-Hertogenbosch naar Tilburg en van de andere z.g. Napoleontische wegen in Brabant en elders eerst in 1810 op bevel van Napoleon werd begonnen en de eerste eerst in 1821 was voltooid, zoodat het reizigersvervoer per diligence in draf in plaats van stapvoets door een muilen of modderigen zandweg kon plaats vinden, dan mag het besluit tot den aanleg van den straatweg van 's-Hertogenbosch naar Eindhoven in 1741 (dus bijna 100 jaren vroeger) als een blijk van voortvarendheid en van een vooruit- zienden blik met waardeering worden aangemerkt. Het was inderdaad wel noodig, dat naar het be vorderen van de welvaart werd gestreefd. De oorlogen van Lodewijk XIV hadden de Meijerij van alles beroofd, waardoor iedere opbloei achter wege was gebleven. Bovendien was de druk der zware belastingen voor de bevolking ondraaglijk ge worden. Voor 6211 morgen land moest inde Meijerij 32.000,- beponding worden opgebracht. In Gelderland werd daarvoor11.000,geheven en in Holland 18.000, waar de bevolking in welvaart en weelde leefde. Volgens het verslag van den Ontvanger der Gemeene middelen aan de Staten-Generaal van 31 Mei 1761 was in het Kempenland in vele huishoudens geen bed aanwezig. De menschen sliepen op stroo. Hun deksel was de geringe kleeding, welke zij aan het lichaam droegen. Des zomers werden in de broeklanden rossen gestoken, die gedroogd werden en waarmede zij zich 42

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1950 | | pagina 50