pronk gesteld en genoot de twijfelachtige eer door het publiek te worden aangegaapt, bespot, bespogen, uit gescholden en met vuilnis te worden geworpen. Of deze straf steeds afdoende heeft geholpen, wordt in de strafregisters niet vermeld. Als derde merkwaardigheid bezit het stadhuis een 5-tal „Brodsies". Deze in 1530 uit zilver gedreven en gedeeltelijk vergulde sieraden, waarop in email het stadswapen prijkt, werden door de stadspijpers op hooge feestdagen op hun tabbaarden gedragen. Het zijn ware meesterstukken van edelsmeedkunst. Bij plechtige ontvangsten, begrafenissen van magistraten en feestelijkheden sieren deze „Brodsies" niet de tab baarden, maar de statierokken der deftige gemeente boden. DE ,PERDJE.S" v/M «STADHUI^ I 106

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1950 | | pagina 130