oude eiken uit de Warande geveld, en in het begin
der 19e eeuw verkocht de weduwe van graaf de
Pestre aan het gasthuis van Turnhout het schoonste
gedeelte van het oude park. De fontijnen en de
wegen werden weggevaagd en enkele jaren nadien
was de prachtige lusthof verdwenen
Ook de Turnhoutse omgeving onderging op het
einde van de 18e eeuw en het begin van de 19e
eeuw belangrijke wijzigingen. De heiden werden ont
gonnen om bebost te worden ofwel in landbouw
grond om te zetten. De stad zocht naar „levens
ruimte" en wilde niet meer van de overige wereld
afgezonderd leven.
De 19e eeuw bracht de belangrijke kentering: het
verkeer en de industrie namen grote uitbreiding. In
1816 waren 85 van onze arbeiders nog in de tijk
nijverheid werkzaam. Na 1830 zouden de oude tijk
en lakenweverijen alsmede de huidevetterijen lang
zaam ten gronde gaan.
In 1872 is het zelfs tot een opstand bij de wevers
gekomen doordat de weefmachine in de stad werd
gebracht. Als er bij een werkzaam volk een industrie
vergaat, is er een andere die opkomt. Wevers ver
dwenen en papierbewerkers kwamen. In de 19e eeuw
werd de voornaamste nijverheid in de stad: het ver
vaardigen van gekleurd papier, speelkaarten en
kerkboeken. De firma Brepols, die thans nog de
belangrijkste van de stad is, werd in 1797 ge
sticht.
We vermelden ook de kantnijverheid die in de 17e
25
Zelfs in het begin der 20° eeuw werd er rijpelijk over nage
dacht ons kasteel af te breken.