wonen. Het zijn de prinsen Hohenzollern en de la Tour
d'Auvergne. Tot en met het eerste kwart der achttiende
eeuw blijft het Markiezenhof de verblijfplaats van de
Bergse Heren en Vrouwen.
Vooral de oostzijde van het gebouw moet herhaaldelijk
verbouwd zijn en in het bijzonder het zuideinde ver
raadt dit door een geheel andere stijl. De gevel die hier
op de achterplaats uitziet is rond 1700, dus onder een
de la Tour d'Auvergne verbouwd.
Hij draagt klassieke kenmerkenhoge ramen, verdiepte
vensterdammen en, onder de daklijst, overblijfselen van
een Dorisch hoofdgestel. Tengevolge van de omwente
ling van 1795 verdwenen de Markiezen, die tegen een
rijke schadeloosstelling, hen toegekend door de Bataafse
Republiek, afzagen van hun rechten op en hun domeinen
in het Markiezaat. De Fransen hadden intussen het Mar
kiezenhof in gebruik genomen als garnizoenshospitaal.
Wanneer er echter in 1819 gebrek komt aan ruimte om
het garnizoen van de vesting Bergen op Zoom te legeren
komt het tot een ruil. Het Gouvernementshuis (thans in
de volksmond het „Hospitaal" geheten), dat eigendom
was van de stad, wordt door het stedelijk bestuur over
gedragen aan het Rijk en de stad krijgt daartegenover
het Markiezenhof in bezit op voorwaarde dat het ter
beschikking zal worden gesteld voor het onderbrengen
van het garnizoen. Men kan zich voorstellen, wat er na
meer dan honderd j aar van het inwendige van dit voor
malige paleis over is. In onze tijd, waarin de goede
burgerlijke monumenten, die spreken van een grote
traditie, steeds schaarser worden is het eigenlijk een
nationale schande, dat het Markiezenhof nog kazerne
is, vooral omdat het gebouw als zodanig onvoldoende
moet beten. We geloven dat het hier alleen maar een
kwestie is van het vinden van een goede openbare be-
87