Lieve Vrouwepoort huisvest sedert dien het gilde van St Jan de Dooper (de twijnverwers). Dit bewijst, dat de oude Mariakapel eigenlijk is verplaatst. Nieuwe kloostertjes worden er gebouwd ten behoeve van de Cellebroeders en Cellezusters, die zorgden voor het verplegen en begraven der pestlijders. Deze gebou wen verrijzen in de verdere uitleg van de stad: op de 8e Juli 1474 betrekken de Cellebroeders hun gebouw aan de huidige Oude Wouwsestraat, waar toen nog geen straat was, want pas tien jaar later legt men daar de Lange Nieuwstraat aan. De Cellezusters vinden we in 1483 aan het einde van de Kerkstraat, thans Huijbergse- straat geheten. De plaatsen van deze kloosters zullen eeuwen lang aan die zijde de eindpunten van de stad blijven. Niet alleen het godsdienstig leven, ook de handel brengt wijzigingen in deze plattegrond en het beeld van de stad. Om de jaarmarktkoopman meer hulpmiddelen te geven gaf de Heer aan de stad verlof om een Waag (1355) en een Wissel op te richten. De wissel was gevestigd in een groot pand op de Markt aan de Oostzijde van het stad huis (winkel Daverveldt). Wisselaars, lombarden en andere kooplui hadden daar hun stands. Vier winkels van zilversmeden in de huidige Kremerstraat paalden aan zijn oostzijde en vormden er één geheel mee. Naar deze winkels heet de straat dan Zilversmidstraat. Kort voor 1400 was het huidige Catharinaplein in het stadsleven een functie gaan vervullen. Tevoren moet deze grond behoord hebben tot het bouwland van de Heer. Tot het eind van de vijftiende eeuw immers blijft de Scholiersberg een hofstede en vindt men ter plaatse van de huidige Wijngaardstraat de wijngaard van de Heer aangelegd. Bedoeld plein heet begin 1400 „die marct daer men die huden plege te vercoopen, geheeten 29

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 29