LITERATUUR
Voor litteratuur betreffende de geschiedenis van Bergen op
Zoom gedurende de Middeleeuwen verwijzen we kortheidshalve
naar C. Slootmans, Jan metten lippen, zijn familie en zijn stad
(R'dam 1945), dat ruimschoots aanwijzingen bevat.
Verder kunnen worden aanbevolen:
Faure, Histoire abregée de la ville de Bergen op Zoom,
1761;
G. C. A. Juten, Oud-Bergen (Oudheidkundig Jaarboek 1924);
Th. A. Boeree, Grepen uit de (militaire) geschiedenis van Ber
gen op Zoom.
Van dezelfde schrijver wetenschappelijke opstellen over de
belegeringen in „St. Geertruydtsbronne" 1935 en 1937/38;
Idem, De Kroniek van het geslacht Backx (1943).
Verder zij in het algemeen verwezen naar de gewestelijke tijd
schriften „Taxandria" en „St. Geertruydtbronne". In het eerste
tijdschrift vindt men o.a. artikelen van G. Juten over de Kerk
(1923 en '24) de grafmonumenten (1924), het Begijnhof (1930
en '31), in het tweede o.a. artikelen over de Jaarmarkten O 933.
'34, '36, '36), het stadhuis (1932) van de hand van C. Sloot-
mans.
In de St. Geertruydtsbronne schreef C. Hollestélle ook over
Reimerswaal (1932, '33, '34).
147