luwte van twee heuvelruggen, welke gemakkelijk met een houten palissadering was te versterken om eventuele belagers buiten te houden. Bergen op Zoom wordt stad De villa Bergen groeit na 1246 uit de kinderkleren. Dat wordt begrijpelijk, als we het testament lezen van heer Godevaart IV van Breda, tot wiens gebied Bergen op Zoom dan nog behoort. Zijn uiterste wilsbeschikking verdient onze aandacht, aangezien zij zo voortreffelijk de godsdienstige, staat kundige en sociale hervormingen weerspiegelt, waar door de eerste helft der 13e eeuw in Brabant wordt gekenmerkt. Hij doet bijvoorbeeld vele schenkingen aan kerken, kloosters en ziekenhuizen o.a. „aan het gast(en)- huis van Bergen drie pond Leuvens". Het voornaamste echter wat hij doet -en dit getuigt voor zijn onbaatzuchtigheid en van de edele gevoelens, waarmee hij ten opzichte van zijn onderdanen was be zield is de vrijmaking van al zijn dienstbaren. Hij verklaart namelijk „aan de lieden in ons land verblij vend en van dienstbare afkomst zijnde, schenken wij hun vrijheid onder beding nochtans, dat ieder na zijn dood twaalf deniers Leuvens als keurmede betale". Daardoor werden dus alle lijfeigenen en horigen uit de Landen van Breda, Merksem en Schooten vrij. Wat zij verkregen is niet datgene, wat wij vrijheid noemen, want na de dood van elk dier vrijgekomenen moest nog een lichte belasting als erkenning van 's heren opper heerschappij worden betaald, maar het was een vrijheid, zoals er toen nergens anders een betere bestond: zij om vatte immers de volledige afschaffing der dienstbaar heid of lijfeigenschap. Deze beschikking is in de volgende jaren een politieke 16

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 14