Opgericht op initiatief van Mr H. Kronenberg, op
gebouwd en tot bloei gebracht door wijlen Dr M. E.
Houck was het een museum geworden dat de aandacht
en waardering had van stadgenoot en vreemdeling en
van eerstgenoemde daarenboven nog belangstelling en
sympathie. Uit alle lagen der bevolking kwam men met
voorwerpen aandragen, gasten werden er mee heenge
nomen om het te tonen, kortom men voelde het als een
gemeenschappelijk Deventer bezit, waar men trots op
kon zijn.
Helaas heeft ook hier het oorlogsgeweld woest huis
gehouden en is, hoewel de verzamelingen opgeborgen
waren en goeddeels onbeschadigd bleven, de schade in-
en uitwendig zeer aanzienlijk. Maar alles is weer gaande
weg hersteld en in luister herrezen, zodat de kunst
zinnige en wetenschappelijke bezoeker, de belangstel
lende leek en de vakman weer veel van hun gading
kunnen vinden, zoals de belangrijke verzameling stede
lijke en gewestelijke munten van Overijssel, de afdeling
ceramiek, de gebruiksvoorwerpen van de meest uiteen
lopende aard, de uitgebreide topografische collectie, de
zeventiende eeuwse Grote Zaal en Trapkamer met fraaie
schouwen, de merkwaardige middeleeuwse en latere
bouwfragmenten, de interessante schilderstukken, meest
portretten, waaronder één uit het atelier van Terborch
en het in 1930 door Han van Meegeren geschilderde
portret van Dr M. E. Houck.
Merkwaardig is, dat de grote koperen ketel die buiten
aan de Waag hangt, onbeschadigd is gebleven; de
gaten er in dateren nog uit de Franse tijd. Deze ketel is
in 1434 gebruikt voor de terechtstelling van een valse
munter in kokende olie, de gebruikelijke straf die eer
tijds op dit misdrijf stond. Deze herinnering aan het
munten het vervalsen bleef gelukkig uitzondering en
60
