stadsherberg gebruikt; in de vijftiende eeuw blijkt het verbouwd te zijn, want van binnen vindt men nog rond bogen, rustend op twee gegroefde gothische zuilen uit die tijd. In 1632 werd de nu nog bestaande gevel opgetrokken met in de top het beeld van een krijgsman, die het stads wapen vasthoudt. Het gebouw veranderde toen van bestemming en werd ingericht: „omme daerinne voor het jaar 1633 te holden de vergaderinge van de ordi- naris heeren gedeputeerden deser Landschap"; sinds dien werd het Landshuis genoemd. Nadat er, in de loop der tijden, nogal het een en ander aan gewijzigd en verknoeid werd, bracht een restauratie in de jaren 1927'28 hierin weer een gunstige verandering, zodat het thans, hoewel naast de strakke rust en degelijkheid van het stadhuis wat wuft en speels aandoend, weer een sieraad van de stad is, afb. 17. Dit laatste kan zeer zeker ook gezegd worden van het Waaggebouw op de Brink. Daarbij vormt dat een spre kend voorbeeld hoe het mogelijk kan zijn aan een gebouw geruime tijd na zijn ontstaan nieuwe toevoe gingen aan te brengen, die toch harmonisch aandoen. Want niemand zal willen beweren dat het renaissance- bordes van 1643 aan de laat-gothische Waag van 1528 storend werkt. Deze Waag staat in het hart van het oude Deventer, maar ook in dat van de Deventer burgerij en dit valt te verklaren, zowel uit haar oorsprong, als uit haar tegenwoordige bestemming. Haar ontstaan spreekt sterk tot de verbeelding, afb. 19. Deventer was in die dagen, voor de zoveelste maal, weer eens in conflict met zijn machtige nabuur, de hertog van Gelderland. Deze had het zelfs bestaan om in 1521 aan de overzijde van de IJssel, maar vrijwel onder de rook van de stad, twee forten te bouwen, die zodoende de 56

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1949 | | pagina 64