opmerkelijks biedt, behalve een zestiende eeuws beeldje
van de Heilige Elisabeth in een nis op de binnenplaats
rechts van de ingang. Dit gasthuis, omstreeks 1500 ge
sticht, waarschijnlijk door Warner van Diepenheim,
was aanvankelijk ook alleen een armenhuis, doch in de
tweede helft der zestiende eeuw werden er, naast armen
en proveniers, ook „krancken ofte onnoselen" opgeno
men en sinds 1760 was en is het nog steeds
bestemd „om sodanige menschen, die door Godshand
met krankzinnigheid en andere dergelijke droeve toe
vallen bezocht worden, aldaar te verplegen en te alimen-
teeren".
Daartegenover staan sinds het bombardement van
6 Februari 1945 helaas de ruïnes van de gebouwen,
uitmakende het St Jurriën-gasthuis. Reeds in de eerste
helft van de veertiende eeuw lag bij de Snippeling, even
buiten de stad, een aan St Gregorius gewijd Leprozen
huis. In 1578 werd dit melaatsenhuis overgebracht naar
de Bagijnenstraat naast het St Elisabethsgasthuis, waar
na het in 1846 naar de tegenwoordige plaats aan de
overzijde werd verplaatst.
Ook voor de pestlijders werd eertijds gezorgd: het al in
1474 voorkomende St Geertruidengasthuis werd in 1512
voor pestlijders bestemd. Toen deze gevreesde ziekte
echter langzamerhand was geweken verloor het gasthuis
deze bestemming en werd het een inrichting waarin
zieken werden opgenomen en als zodanig bestaat het
nog steeds onder zijn oude naam voort in het nieuwe in
1940 geopende gebouw aan de Dr Fesevurstraat.
Daar berusten nog, kort geleden ontdekt, een zestiende
eeuwse zandstenen vrouwenfiguur, waarschijnlijk St
Geertrui voorstellende, en, wachtend op een geschikte
plaats om weer opgesteld te worden, fragmenten van een
poortje met het jaartal 1618, afb. 16, en een relief,
43