Bij de slooping van het Muntgebouw is het ge
beeldhouwde gevelfronton waarover wij hierboven
spraken, overgebracht naar de hovingen van de
Academie voor Schoone Kunsten waar men dus
thans dit zeldzame overblijfsel van de schepping
van Baurscheit vinden kan.
Uit de tweede helft van dezelfde eeuw en even
eens in rococo, maar van een ongekenden bouw
meester, dagteekent het hotel d'Oultremont aan
de Paardenmarkt. Dit mooie patriciërshuis, een der
zeldzame die deze straat mocht behouden, werd in
1849 aangekocht door Armand Kums, zoon van
een gekenden lakenhandelaar. Enthousiast kunst
liefhebber, verzamelde hij in den loop der volgende
jaren een schat aan beeldhouwwerk, tapijten, schil
derijen en teekeningen, tot zijn hotel als een mu
seum werd en als zulkdanig dan ook voor de
kunstliefhebbers toegankelijk werd gesteld. Het
Museum Kums werd een der meest interessante
particuliere musea van Antwerpen dat er in die
jaren overigens nog enkele andere bezat die terecht
vermaard waren. Na den dood van Kums werd
de verzameling naar alle windstreken verstrooid;
tot zelfs de marmeren, stijlvolle schoorsteenen en
de rijke, plafondschilderingen werden openbaar
verkocht. In 1924 werd het geplunderde en van al
zijn kunstschatten beroofd hotel aangekocht door
een handelaar in ijzerwaren die op de hovingen en
de gronden der voormalige stallingen reusachtige
metalen hangars oprichtte voor het bergen van zijn
waren.
De rococo-periode bloeide ongeveer van 1730 tot
1760; van Baurscheit overleed in 1768. Zij sloot de
architectonische bedrijvigheid van beteekenis te
76