STADSPOORTEN EN VESTINGTORENS
Geen vestingen zonder torens en stadspoorten.
Antwerpen was er ruimschoots van voorzien. Een
kijkje op oude stadsgezichten en plannen maakt
zulks onmiddellijk duidelijk.
In feite was iedere versterkte gordel een stuk
imponeerende architectuur op zichzelf en pas la
ter, maar dan ook te laat, is men gaan inzien wel
ke groote fout men begaan heeft door tot het laat
ste stuk ervan ongenadig te sloopen.
Opmerkelijke accenten in dit versterkingsstelsel
waren de zware bonkige torens: de Huidevetters-
toren, aan de huidige leien, de Bakkerstoren en de
Vischverkooperstoren aan de Schelde.
De ommuurde omwalling zooals zij zich sinds de
vijfde vergrooting (1415) vertoonde, telde niet
minder dan een vijftigtal torens, de meeste rond-
vorming van bouw en voorzien van een spitse kap,
op de tweede verdieping met vierkante luiken. Al
deze torens beheerschten de ring van gekanteelde
wallen en over het algemeen bedroeg hun hoogte
driemaal den vestingmuur. Enkele dezer torens
werden door huurders bewoond, andere dienden
als bewaarplaats voor buskruit.
Deze versterking was langs de buitenzijde omge
ven door een breede gracht welke men overtrok
bij middel van valbruggen. Langsheen den water
kant strekte zich een zeer stevig gebouwde wal uit
met torens bekroond aan beide zijden van den in
kom van de, vlieten en elders. De Bakkerstoren
waarover wij het hierboven reeds hadden, behoor
de onder hen. Zijn voet baadde zich in den stroom,
22