1832 en '43 komen er nog een zeventigtal voor,
waarvan echter twintig buiten de stadswallen. De
mooiste verzameling bevond zich aan het St. Wal-
burgisplein. In 1858 is hun aantal aldaar tot twintig
geslonken en treft men er in het overige stadsge
bied nog enkel een viertal. Tien telden drie ver
diepingen, negen vier, en een enkele (aan de Kaas-
rui) zelfs vijf. In tegenstelling met hetgeen alge
meen gedacht wordt, bezat deze primitieve bouw
vorm dus soms wel degelijk een monumentaal
karakter.
Het meest geroemde exemplaar was „Den Rozy-
nenkorf" aan de Saucierstraat, dat opgericht werd
in 1510-'20 en vier verdiepingen telde.
Het werd gesloopt tijdens de nieuwe kaaiwerken,
samen met de reeks van het Ste Walburgisplein.
Een andere merkwaardige gevel, deze aan de
Melkmarkt, werd gesloopt in 1882. Vermoedelijk
werd hij opgetrokken omstreeks de helft van de
16e eeuw.
Met de verdwijning van de houten gevels ging
een eigenaardig aspect van ambachtelijk kunnen
teloor. Talrijke van deze gevels waren kunstig
met friezen en snijwerk verfraaid en getuigden in
deze versieringen van het geduld en de kunde
der toenmalige ambachtslui.
Het houten bekleedsel begon doorgaans aan de
eerste verdieping, het benedengedeelte was ge
woonlijk in arduin. Aan de eerste verdieping
maakte de gevel een uitsprong om vervolgens
loodrecht opwaarts te gaan; soms echter werd de
uitsprong afgeteekender al naar gelang de gevel
in de hoogte steeg. Zoo stond aan de Doornik
straat een houten gevel die op zijn hoogste ver-
83