sierde middentravee met twee koppen boven elkander. Vinden we in de Tuinlaan een koepelkamer (no 46), een tweede kan men nog zien op de West- vest 52 (Kantoor der Invoerrechten en Accijnsen), die herinnert aan den tijd toen men vandaar een onbelemmerd uitzicht had over de buiten de vesten gelegen landerijen. Behalve deze gevels zien we nog vele eenvoudige; zoo ziet men op de Lange Haven verschillende klokgeveltjes (no 1, 5, 20, 22, 24, 26, 62b, 68b en 82) en versieringen aan de panden 9, 25, 39 en 59a, terwijl men in de Kethelstraat hoek Westvest weer een vlakke gevel ziet met een Lodewijk XVI deuromlijsting. Belangstellenden zullen op hun wandeling door oud-Schiedam nog tal van gevels of gevelversie ringen vinden, die van vroegere smaak getuigen. Ondanks veranderingen, die in den loop der jaren plaats hadden en waarbij dikwijls mooie oude gebouwen moesten plaats maken voor minder ge slaagde bouwwerken, is de schoonheid van het oude Schiedam blijven bestaan, dat zich vooral openbaart in zijn grachten doet de Lange Haven niet denken aan een der groote Amster- damsche grachten wier schoonheid mocht blij ven bestaan dank zij de statige boomenrijen met de er achter gelegen huizen en pakhuizen, die te samen een voornaam stadsbeeld vormen, waar van de vroegere burgemeester Mr Dr F. L. J. van Haaren in zijn voorwoord voor een Gids voor Schiedam zoo juist schreef: „Wien is niet opge vallen de sierlijke bocht van de Lange Haven, 's zomers badende in het zonlicht, met stemmings volle hoekjes van schaduw der iepen en kastanjes, wier takken en bladeren zich in het stille water weerspiegelen, 's winters glinsterende in een wit 51

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1948 | | pagina 55