De draaibank van Keizer Maximiliaan wordt nog
in een museum bewaard! Maar, Jacoba aan een
kliederige draaischijf, dat wordt wat al te kras.
De overlevering ontlokt Havard in zijn standaard
werk „La céramique hollandaise" trouwens de ste
kelige opmerking, dat de Gravin dan die luttele
jaren niet stil heeft gezeten, gezien het groote aan
tal kannetjes. Ook van Alkemade bespreekt het
verhaal en verheelt zijn ernstigen twijfel niet. Hij
vertelt, hoe hij Teylingen bezocht, maar niets zag
dat men in gemoede voor een pottenbakkersoven
zou kunnen houden. En die had er dan toch moe
ten zijn. Wel trachtte de slotvoogd als alle slot
voogden er op uit, van zijn uil een valk te maken
hem te overtuigen, dat zeker gat het overblijfsel
van den bewusten oven zou zijn. Maar Cornelis
van Alkemade was een man van ontwikkeling en
liet zich op dit stuk niets wijs maken.
Bij eenige jaren geleden ondernomen opgravingen
binnen den ringwal heeft men geen enkel spoor
van een pottenbakkersoven gevonden, noch mis
baksels of scherven daarvan. Bij mijn weten zijn er
zelfs nooit misbaksels van Jacobakannen in ons
land gevonden.
Het is ook niet waarschijnlijk, dat dit ooit zal ge
beuren. Het is thans genoegzaam bekend, dat dit
kannetje met zijn harde, gesinterde scherf behoort
tot de groote groep van importwaar uit de Rijn
streken. In het Stedelijk Museum van het oude ab
dijstadje Siegburg vindt men ze in grooten getale,
onze Jacobakannetjes. Gave exemplaren en mis
baksels uit het oude pottenbakkerscentrum de Aul-
gasse afkomstig. In Siegburg draaide de schijf,
waarop het eerste Jacobakannetje onder de zorg-
100