elkaar, wordt er een extra lat 'bijgemaakt. Een rieten
dak moet flink ^oversteken om het afdruipende water
van den muur te houden, opdat het dakwater terecht
komt in de gestrate goot van baksteenen, welke zoo
gestraat moet zijn, dat het water niet tegen het huis,
maar er af loopt. Het water van een rieten dak laat
zich moeilijk opvangen voor regenwater. Wordt dat
gewenscht, dan worden onderaan wel eens eenige rijen
dakpannen gemaakt. Daaronder kan dan een houten
goot gemaakt worden, van een houten rib gemaakt,
welke met een hollen dissel, een gootdissel, hol wordt
uitgehakt. Door een vierkanten houten afvoer wordt
het regenwater van het dak dan opgevangen in een
regenton of in een ondergrondsche gemetselden regen
bak. Wanneer eenmaal het pad betreden is van de
samenvoeging van riet en dakpannen, komt de neiging
tot versieren en worden de dakpannen in sierlijke
figuren aangebracht. Aantrekkelijke voorbeelden
daarvan zjjn te zien aan boerderijen in West-Friesland,
in de omgeving van Alkmaar, Hoorn, Medemblik.
Afb. 4, 5.
De beëindiging van het rieten dak bovenaan wordt
vernuftig gemaakt, door de rietstengels omhoog tegen
elkaar te zetten tot een kam en deze met gaarden
te verbinden en recht af te snijden. Aan de einden
maakt een vakbekwaam rietdekker dan nog een pluim
van gebonden rietjes in sierlijken vorm. Voor een
simpele afwerking van de bovenzijde worden daarop
wel eens plaggen gelegd, welke door de natuur aan
eengroeien of, wat nog eenvoudiger is, het riet gewoon
over den nok gebogen, zoodat aan één zijde de pluim
pjes in zicht komen, welke met twee rijen gaarden
worden vastgezet. Een meer nette afwerking, welke
aan niet oude rieten daken wordt aangetroffen, is met
groote rietvorsten van rood bakwerk, tegen elkaar ge
legd met een dikke kalkvoeg. Fig. 2, 3.
18