middelpunt te zijn van vroolijke kinderpret. In den
laten avond of wel midden in den nacht van Pinkster
maandag wordt de Pinksterkroon ten slotte door de
buurtgenooten, de harmonicaspeler voorop, in op
tocht naar den IJssel gedragen en daarin verdronken.
Of wel men steekt haar op de plaats waar zij staat,
in brand, terwijl de heele buurt er omheen „roost".
Ook dit herinnert aan het tragische lot van den mei
boom, die werd verdronken of verbrand, omdat men
meende hierdoor regen te bekomen of warmte aan de
zon toe te voeren. Bij het wegbrengen van de kroon
kon het soms ruw toegaan, evenals bij het feest van
den meiboom, oorspronkelijk een nachtelijke orgie.
Daarom zijn de Pinksterkronen te Deventer wel eens
een tijdje verboden geweest.
De Pinksterkroon leeft ook nog voort op Terschel
ling, maar uitsluitend op Oost-Terschelling, te Ooster
end en Hoorn, niet op Midsland en West-Terschel
ling. Ook deze Pinksterkroon is, evenals de Deven-
tersche, een meiboom. In den vroegen ochtend van
Pinksterzondag richten meisjes aan den hoek van de
weilandomheining een paal op, dien zij versieren met
kransen van veldbloemen en uitgeblazen eierschalen
van spreeuw, tureluur, bonten piet (afb. 40). Keerde
de boer 's middags van het melken huiswaarts, dan
plachten de meisjes hem op te wachten met een kan
of emmertje en werden beloond met schuimende
melk, waarvan zij 's avonds chocolade dronken. Doch
dit „melkofferen" bestaat thans niet meer, wèl is als
overblijfsel het drinken van chocolademelk met Pink
steren gebruik gebleven.
Ook bestaat de Pinkster-meiboom nog op Schier
monnikoog; hij leeft daar voort als de kallemooi,
welk woord misschien haneboom beteekent. Te Zout
kamp (Gr.), waar hetzelfde gebruik bestond, sprak
men van haneboom. Ook op Schiermonnikoog neemt
69