NIEUWJAAR O nze heidensche voorvaderen kenden geen bepaal den Nieuwjaarsdag. Zij vierden den overgang van het oude in het nieuwe jaar met een feestperiode van twaalf dagen, de z.g.n. Twaalf Nachten, warrt de Ger manen rekenden bij nachten. Na de kerstening der Germanen plaatste de Kerk aan het begin der Twaalf Nachten den Kerstdag, aan het einde Driekoningen dag in het midden kwam de Romeinsche Nieuwjaars dag van i Januari. Al deze drie dagen zijn Nieuwjaars dagen met Nieuwjaarsgebruiken. Bij den overgang van elk jaargetijde plachten de Germanen alle bestaande vuur te dooven en nieuw vuur te ontsteken door hout op hout te wrijvenzoo ontstond „zuiver vuur". Van dit gebruik stammen de Kerst- en Nieuwjaarsvuren, die oudtijds ook op stads- markten en -pleinen brandden. Dit gebeurde op den avond vóór Kerstmis, vóór Nieuwjaar, want de Ger manen rekenden den avond bij den volgenden dag. Daarom vieren wij nog altijd Sint Nicolaas op 5 December, terwijl 6 December diens feestdag is. Deze Kerst- en Nieuwjaarsvuren komen nu nog sporadisch voor in het Zuiden van Friesland. Op een stuk land brengen de dorpskinderen allerlei brandstof bijeen, reeds dagen te voren aan de huizen opgehaald. Kerstvuurtjes brandt de jeugd nog te Zwaagwest- eindeOudejaarsvuren te Kortezwaag, Langezwaag, Terwispel, Lippenhuizen, Zwaagwesteinde en Slooten. In hun naijver trachten de dorpelingen elkanders vuur ontijdig te doen ontvlammen. Men meende dat de geesten der afgestorvenen, die nadeel konden berokkenen aan de levenden, in de Twaalf Nachten op aarde terugkeerden, en trachtte hen door geraas te verjagen. Dit verklaart het lossen 7

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1947 | | pagina 5