gebakken. Wie de daarin verborgen boon treft, moet
tracteeren.
Het beste dat ons van de oude Driekoningen
viering is overgebleven, zijn de mooie prenten met
hout- en kopergravures. Tot in het begin van deze
eeuw werden ze te Amsterdam langs de straten ver
kocht met den roep „Koningsbrieven en kroon", en
werd het koningsspel nog in de volksbuurten binnen
de stad en over het IJ gespeeld. Weinige van deze
prenten zijn bewaard gebleven, na het feest from
melde men ze ineen en wierp ze weg. Wat wij nog
over hebben, is afkomstig van oude drukkerijen en
dit bezit is in ons land veel geringer dan in de Zuide
lijke Nederlanden en toch ook daar betrekkelijk niet
groot, als men bedenkt dat in een stad als Rijssel
jaarlijks 50.000 koningsbrieven werden gedrukt. Te
Gent berust de hier afgebeelde koningskroon (afb. 14),
een heel mooie houtsnede uit de 17e eeuw. De onder
ste strook was voor den koning, de bovenste, met
kleiner medaillons van Maria met het Kind, de Drie
Koningen en Jozef, diende voor de koningin. Beide
kronen zijn gescheiden door een voorstelling van de
koningen, die komen aanrijden op een paard, olifant
en dromedaris, terwijl Maria rijdt op een ezel, Jozef
op een os, de beide dieren die bij de H. Geboorte in
den stal aanwezig waren.
De oudstbekende koningsbrief werd in 1577 te
Brugge gedrukt. Oudere zijn ook nauwelijks te ver
wachten de trekbrief kon niet populair worden,
voordat de leeskunst wat meer algemeen werd be
oefend. Deze Brugsche prent is niet volledigde
tekst ontbreekt en de prentjes zijn maar negen in
aantal. Maar hoe kostelijk is fieder hofbeambte daar
op afgebeeld, hoeveel uitdrukking vertoonen die ge
zichten ter grootte van een cm
Ook het Rijksprentenkabinet te Amsterdam bezit
34