Vreedzamer Kerstgebruiken treft men bij onze
Saksische bevolking aan. In Limburg legt men in den
Kerstnacht (24 Dec.) haver buiten en geeft die als
geneesmiddel aan de paarden. Te Beek legt men een
snede brood 'buiten, „opdat de Paus te Rome die zal
zegenen"ieder familielid eet er op Kerstdag een
stukje van om dien zegen deelachtig te worden. Alge
meen is in het Oosten van ons land nog het geloof,
dat de koeien in den stal klokke twaalf even opstaan
en kunnen spreken, dat putwater wordt 'tot wijn, en
de appelboomen bloeien. Doch wie dit zou willen
hooren of zien, zou het met den dood bekoopen.
In den Twenthschen en Gelderschen Achterhoek is
op den heiligen avond Dirk met den beer, ook Dirk
met de honden, Beerneke van Galen genoemd, hel
schrikbeeld. Op de akkers rijdt hij rond om alles wat
buiten rondslingert, te vernielen. Daarom moet alle
landbouwgereedschap in de schuur zijn opgeborgen,
alles om het huis in orde zijn. Ook moet op Mid
winteravond (24 Dec.) alle werk waarbij een rad
draait, stilstaan. Dan zit men gezellig om den haard
in Protestantsche gezinnen leest de huisvader voor
uit den bijbel en zingt men gezamenlijk psalmen of
gezangen.
In de Katholieke kerk werden volgens oud gebruik
tusschen Kerstmis en Driekoningen door de gemeente
leden beurtzangen in de lan'dstaal gezongen. Nog
heffen in de Sint-Plechelmuskerk te Oldenzaal alle
aanwezigen in de H. Mis van den Kerstnacht een
dertiende-eeuwsch Kerstlied aan:
Een kindeken zoo lovelik
Is ons geboren heude
Op Kerstavond komt het beste wat keuken en
kelder opleveren, ter tafel. Een oud Geldersch rijmpje
107
