de stadspoorten (buitenpoorters), waardoor de vei
ligheid van de stad in ernstige mate werd geschaad.
Dit bevolkingsaccres, tezamen met de nieuwe, dwin
gende eischen op militair gebied, noopten den
meest vooruitstrevenden steden het eerst tot zéér
ingrijpende stedebouwkundige maatregelen, n.1. uit
leg van de stad onder gelijktijdigen aanleg van een
nieuwen verdedigingsgordel. De oude, thans voor
goed afgedaan hebbende middeleeuwsche ommuring
werd hierbij veelal volledig gesloopt.
Deze uitleg voltrok zich op vier manieren, n.1.
a. door incorporatie in gedeelten van de zich vor
mende voorstad.
b. door incorporatie ineens d.m.v. eenzijdigen uitleg.
c. door alzijdigen, concentrischen uitleg.
d. door ombouwing van de in rivier of zee aange
legde nieuwe havens.
Ad a. Hiertoe behooren o.a. Haarlem, Leiden,
Utrecht en Groningen. Deze opeenvolgende, gedeelte
lijke uitbreidingen van Groningen (Afb. 20) gedu
rende de 13e t'm 16e eeuw werden in belangrijkheid
allen overtroffen door den nieuwen uitleg, welke de
stad na het beleg en de inneming door Prins Maurits
in 1594, in de jaren 16071624 tot stand bracht.
Hierbij werd de om veste oppervlakte van 67 op 122
H.A. gebracht, bijna een verdubbeling dus.
Ad. b. Hiertoe behooren o.a. Maastricht, Zwolle en
Kampen, waarvoor de voor een rivierstad karakteris
tieke uitleg van Kampen (Afb. 21) in 1462 met een
strook gronds van gemiddeld 200 M. diepte langs
de geheele Z.W. zijde der stad, het fraaiste voorbeeld
vormt.
Ad c. Hiertoe behooren o.a. Middelburg, Amersfoort
en Amsterdam, waarvan de 17e eeuwsche uitleg van
Amsterdam (Afb. 22) de in stedebouwkundig op
zicht verreweg belangrijkste oplossing geeft. Nadat
de middeleeuwsche ommuring langs den binnenkant
van den Singel en Kloveniersburgwal gelegen, welke
6s