lijkheid laat zich nu eenmaal bezwaarlijk in het
nauwe keurslijf van een dood systeem persen. "Wij
onderschrijven dan ook gaarne de uitspraak van
Lavedan, dat: „tout esprit de système est mauvais
en soi et tout plan de ville est un cas d'espèce".
Met deze beperking voor oogen dient bovenstaande
systematiseering te worden geïnterpreteerd.
De ad I en III genoemde typen vertoonen in den
regel een in hooge mate schilderachtig aspect en
bieden tengevolge van het gebogen en onregelmatige
beloop der straten tal van verrassende, telkens wis
selende, doch steeds over korten afstand gesloten
stadsbeelden.
Het streng uitgevoerde schaakbord-type, zooals bij
sommige der gestichte steden, mist daarentegen
meestal deze voor de middeleeuwen zoo karakteris
tiek geachte schilderachtigheid. De streng uitge
voerde schaakbord-plattegrond met zijn zuiver
rechthoekige bouwblokken en voor die dagen be
trekkelijk lange, veelal open perspectieven, doet op
het eerste gezicht eenigszins Amerikaansch, althans
on-middeleeuwsch aan.
In het aanzicht van de middeleeuwsche stad, zoo
als wij haar aan de hand van de historische
beschrijvingen en teekeningen voor ons geestes
oog zien opdoemen, kunnen drie duidelijke plans
worden onderscheiden (Afb. 7). Het eerste plan
wordt gevormd door de abrupt uit het omringende,
open land (of water) oprijzende stadsmuur met zijn
talrijke muurtorens en stadspoorten. De massale
muur met geKanteelde borstwering is hierbij meestal
iets lager dan de op het tweede plan hierachter ver
rijzende burgerbebouwing met haar steile daken en
talrijke schoorsteenen. De muurtorens, maar vooral
de vaak imposante stadspoorten met haar spitse,
levendige dakvormen daarentegen steken boven deze
wemeling van daken en schoorsteenen uit en ver
lenen aan dezen voorgrond zijn pittig silhouet.
29