VII
DE PLAATSING DER STEDEBOUWKUNDIGE
ACCENTEN EN HUN INVLOED OP HET
STADSBEELD.
In de beide vorige hoofdstukken is gewezen op de
met de algemeene industrialiseering van ons land
gepaard gaande enorme bevolkingsvermeerdering,
speciaal met betrekking tot onze groote steden. Het
waren echter niet alleen deze van oudsher belang
rijke, wijl in verkeersopzicht gunstig gelegen, Hol-
landsche steden, welke van deze vooruitgang profi
teerden; ook verscheidene kleinere plattelandsstadjes
en dorpen in het Oosten en Zuiden des lands werden
door deze algemeene ontwikkelingsgolf meegesleurd
en groeiden in weinig decennia tijds uit tot belang
rijke industriesteden. De relatieve bevolkingsgroei
tengevolge van een aanzienlijk vestigingsoverschot
overtrof hierbij nog vele malen dat van de grootere
steden. Sprekende voorbeelden hiervan zijn Enschede,
Hengelo, Almelo, Heerlen, Tilburg en Eindhoven,
waarvan vooral laatstgenoemde plaats, dank zij de
vestiging van de Philips gloeilampenfabrieken een
waarlijk Amerikaansche groei doormaakte. Deze
snelle industrieele ontwikkeling had een volkomen
vernietiging van het oorspronkelijke agrarische
dorpskarakter tengevolge.
Met deze vlakke, horizontale uitbreiding van de be
bouwde kom ging een geleidelijke vervorming in ver-
tikalen zin van de binnenstad tot city gepaard. Deze
niet te stuiten en op zichzelve logische ontwikkeling
gaf in stedebouwkundig opzicht tot velerlei conflic
ten aanleiding. Conflicten, welke helaas tot even
5>2