HOOFDSTUK III
DE ZEVENTIENDE EEUW
Zooals de St. Janskerk te Gouda een serie prach
tige glazen bevat uit de laatste helft der 16e eeuw,
zoo zijn de lichtopeningen in de Groote- of St. Ni-
colaaskerk te Edam gevuld met geschilderde gla
zen uit het begin der 17e eeuw, die zeker tot de
beste van dit tijdvak behooren.
In 1602 brandde de Groote kerk te Edam geheel
uit en evenals in Gouda gingen ook hier de ge
schilderde glazen, welke de kerk vóór den brand
bezat, verloren.
Met veel opofferingen en ijver werd de herbouw
onmiddellijk begonnen en zooals dat gebruikelijk
was werden verzoekschriften verzonden aan
machthebbende corporatiën en naburige steden,
om een nieuw glas te willen schenken „ten eynde
Godes H Woordt wederomme bequamelick mach
worden vercondicht". Goedgunstige antwoorden
kwamen binnen, met hoogstens de bepaling, dat
het te schenken glas een goede plaats in de kerk
zou krijgen en het wapen moest bevatten van de
schenkende stad of corporatie.
Deze bepaling liet doorschemeren dat alleen een
zeker bedrag voor het nieuwe glas werd toege
zegd; aan de kerkmeesters overlatende welke
glasschrijver met de uitvoering zou worden be
last. De glasschrijvers hielden zich dan ook weer
58
