en door de steden van Hollandsch Noorderkwar
tier. Het eerste glas kreeg tot onderwerp „Over
winning der Vrijheid", een allegorische optocht
geplaatst in een decoratieve architectuuromlijs
ting. Beneden in het glas is een cartouche met
opschrift. Het tweede glas is eveneens voor een
groot gedeelte gevuld met een decoratieve archi
tectuur, samengesteld uit gepaarde zuilen, kroon
lijsten, tongewelven en koepels. De wapens van de
steden uit het Noorderkwartier en een paar sym
bolische figuren „Koning David en de Christelijke
Ridder" geven eenige kleur in deze grisaille
schildering.
Het glas door Dordrecht geschonken is soortgelijk
samengesteld.
Dit eerste vijftal glazen na de kerkhervorming
aangebracht en een kwart eeuw nadat de gebroe
ders Crabeth hun laatste werk voltooiden, be
paalden reeds het karakter dat het 17e-eeuwsche
glas zou aannemen. Maar toch kan de scheiding
tusschen het 16e- en het 17e-eeuwsche kerkglas
niet met de hervorming samenvallen. Immers, in
de laatste vier glazen welke in de St. Janskerk
werden aangebracht, blijkt de compositie weer
geheel overeenkomstig de 16e eeuw te zijn, n.1—
een benedengedeelte (zoogenaamde schenkers
band) met daarboven een over het geheele glas
zich uitstrekkend tafereel. Het betreft hier de
schenkingen van de steden Amsterdam, Rotter
dam, Leiden en Delft.
Het Amsterdamsche glas is vermoedelijk ontwor
pen door den bekenden bouwmeester Hendrick
50
