kend Haarlemsch glasschrijver (1524—1599).
Willem Thybaut stamde uit een glasschrijvers
gezin en kreeg belangrijke opdrachten, o.a. een
glas in de St. Bavokerk te Haarlem met het „con-
terfeitsel van den Hertoge van Beijeren en sijn
Huisvrou", in aanbidding neergeknield voor de
H. Drievuldigheid. Jammer genoeg ging dit glas
verloren, waardoor het glas in Gouda voorstel
lende de onthoofding van Johannes de Dooper,
de eenige gekleurde glasschildering van Thybaut
is. Hiermede was hij juist niet erg gelukkig; zijn
glas bleef bij de glazen van de Crabeths achter.
Ongekleurde glazen, nagenoeg geheel met gri
saille geschilderd, heeft Thybaut voldoende na
gelaten om hem als bekwaam glasschrijver te lee-
ren kennen. In het Museum „De Lakenhal" te
Leiden worden een twaalftal kleine glazen be
waard, in 1588 door Thybaut geschilderd. Het
zijn portretten van de Graven en Gravinnen van
Holland, ten voeten uit, in vol ornaat of wapen
rusting. Zij zijn afkomstig uit de Schuttersdoelen
te Leiden. Alleen de vorstelijke wapenschilden
zijn in gekleurd glas uitgevoerd, op de manier
zooals dat toen gebruikelijk was. In het gemeente
archief van Leiden bevinden zich de cartons van
deze glazen, waaruit Thybaut's penseelvaardig-
heid duidelijk blijkt.
In 1595 schonk de stad Haarlem een glas aan de
St. Janskerk te Gouda en droeg de uitvoering
daarvan aan Willem Thybaut op, met de conditie
dat op het glas zou worden afgebeeld „het inne
men der stad Damiate door de Haarlemmers".
48
