zen hokje van de luchtwacht zal, naar wij hopen,
nog wel eens verdwijnen, maar de droom van Kel
dermans zal nimmer vervuld worden. Bij den in
gang van het gemeentemuseum hangt een gravure
van A. P. van der Willighe 1619)genomen naar
het oorspronkelijke plan, die de ranke openge
werkte Gotische spits voorstelt. Es war zu sehön
gewesen
Ook in zijn fragmentarisch en vorm is de toren een
zware last geworden voor de verarmende gemeente.
In 1572 zijn al eenige gescheurde klokken opgeof
ferd voor geschut en buskruit. In den Franschen
tijd hingen er nog 5, waaronder de zware Livinus
van 1411. In 1872 is de laatste verkocht. Tot 1798
had de toren onder kerkelijk beheer gestaan, maar
ook het stedelijk bestuur wist er geen raad mee,
ondanks herhaalde subsidies van koning Willem I,
en kwam in 1855 tot het wanhopige voorstel om
het onnutte gevaarte öf af te breken öf langzaam
te laten vervallen. Gelukkig openbaarde zich toen
voldoende burgerzin om dit snoode plan te doen
mislukken. In 1881 heeft het Rijk den toren over
genomen en weldra begon een ingrijpende restau
ratie onder leiding van den architect Margry. De
vrijwel verdwenen zandsteenbekleeding van den
Zuidwestelijken steunbeer werd vernieuwd. Het
Westelijke portaal is hersteld en binnen werd een
onvoltooide balustrade afgemaakt, terwijl de ra
men voorzien zijn van traceeringen. Sindsdien
wordt er bijna jaarlijks aan gewerkt en zelden ziet
men, als nu in oorlogstijd, den toren vrij van stei-
47