brug met zijn korte hefboomarmen voldeed niet. Toen
kwam Bélidor tot de constructie, welke hij „sinusoïde"
noemde. Aan ieder der schuin oploopende kettingen is
binnen de poort een ijzeren rol bevestigd, samen even
zwaar als de klap plus kettingen. Zij ligt in een goot,
gï-
welke in een kromme, de „sinus-lijn", naar beneden loopt.
Het kan ook een „epicycloïde" zijn.
Deze lijn is gekozen, omdat de gewichten op ieder punt
der loopbaan de opgaande klap in evenwicht houden.
Deze in ijzer uitgevoerde constructie is een eerste, zij klein
symptoom van het verlaten der houtconstructie.
In het begin der 19de eeuw werd de sinusoïde ook in ons
land pas gemaakt, ofschoon de constructie wordt aange
geven in het, door Jacques Berquin in 1789 uitgegeven
75
Fig. 9