Het is te begrijpen, waarom de 18de eeuwsche bouwmees
ter van het kasteel Biljoen aan de brug den waaiervormi-
gen vorm gaf. Hem beheerschte de pathos, het magistrale
gebaar. Vreemd was hem het begrip „verdediging", de
basis „nuttigheid" verloor hij uit het oog. Dat demon
streert zich hierin. Van de brug moet men de onderver
dieping kunnen bereiken, waartoe trappen noodig zijn. Zij
werden aangebracht, doch verstopt, wat niet het geval is
bij het kasteel Amerongen, waar de neventrappen als het
belangrijkste motief werden erkend en bijdragen tot een
karaktervol geheel. Bij het kasteel Biljoen zijn de neven-
trappen aan het eind van de hoofdbrug gelegen naast het
vooruit gebouwde hoofdportaal, een oplossing, welke na
volging vond, o.a. bij het kasteel Ter Horst en het kas
teel te Ruurlo, beide in Gelderland. Het kasteel Neder-
horst ten Berg (N.-H.) geeft weer een andere oplossing.
Een monumentale oplossing geeft het kasteel Hillenrade
in Limburg. (Afb. 26). Wij leeren uit deze voorbeelden
hoe de brug door een trappenaanleg haar eigenlijk karak
ter wordt ontnomen.
Samenvattend zien wij, dat de verdedigingsbrug haar
karakter verliest, dat de houten ophaalbrug verdwijnt, dat
de vaste brug wordt voortgezet tot aan den ingang. De
baksteenen brug wordt er simpeler door, door dezen een
voud intiemer. Fraaie voorbeelden vinden wij aan de vol
gende kasteelen: Arcen, Schaloen,' Nieuwenbroek, Holt-
meulen, Geysteren, Aldeghoir, Genhoeks, Huize de Berkt,
Weil, alle in Limburg; de Cannenburg bij Vaassen, in
Gelderland; de laatste twee minder belangrijk; Westho
ven, Heemstede in Zeeland, het Huis Marquette in Noord-
Holland, Heeze in Noord-Brabant, Renswoude in Utrecht.
In Limburg, het land der mergelsteen, zullen wij natuur
lijk hetzelfde type in mergel uitgevoerd vinden. Mij is er
slechts één bekend, die van het Kasteel Geulem; de oude
mergel geeft een fijnen toon er aan.
Ik wil hier nog wijzen op de ontluisterde, 17de eeuwsche
zandsteenen brug van het in 1810 gesloopte Kasteel Heem
stede, een onzer rijkste, oude bruggen. Wordt het niet hoog
45