gingen naar voren, alsmede de plaats der bruggen in
het landschap. Reeds in een der eerste bestuursverga
deringen van den Bond Heemschut werd geprotesteerd
tegen het toen voorgenomen project van den bouw van
een brug over de Waal bij Nijmegen. In 1938 werd in
den van Overheidswege ingestelden Bouwraad, een ad-
viseerend College voor belangrijke aesthetische zaken,
een bestuurslid van Heemschut benoemd, vooral juist
met het oog op de groote nieuwe bruggen.
De gestadige uitbreiding van de bebouwing van ons
land maakte het noodig, te strijden tegen de verfoeilijke
„lintbebouwing", het bouwen van al maar meer huizen
in aaneengesloten lijn langs onze wegen, waardoor het
landschap langs den weg hoe langer hoe meer afgeslo
ten werd van den weggebruiker. Deze slechte wijze van
stads- en vooral dorpsuitbreiding, waarvan op verschil
lende plekken in ons land de monsterlijke resultaten
te zien zijn, had gelukkig naast aesthetische ook prac-
tische bezwaren voor de gemeentebesturen, zoodat wij
in dezen strijd van velerlei zijden hulp mochten ont
vangen. Trouwens laten wij dankbaar erkennen, dat
ook op de andere punten Heemschut niet alleen stond,
maar in steeds meer lichamen medestrijders vond.
Keeren wij nog even naar het werkprogram van 1911
terug. Zoo'n werkprogram is natuurlijk niet meer dan
een ontwerp, een algemeen richtsnoer voor toekomstige
werkzaamheid, dat zich aan moet passen aan de steeds
weer veranderende eischen der practijk en waar allerlei
uit voortkomen kan. Enkele punten van zoo'n program
zullen meer in het centrum der belangstelling komen
te staan, andere om practische redenen wat veronacht
zaamd blijven. Door het optreden van nieuwe lichamen,
die zelf een der punten van het program ten doel heb
ben, kan ontheffing van een deel van de in een werk
program vastgelegde doeleinden plaats vinden. Zoo
heeft b.v. de Bond Heemschut weinig gedaan aan punt 3
van zijn programma: het medewerken tot het instand-
41