programma: het beschermen van gedenkteekenen, het
bevorderen van het bouwen ten plattenlande in den ter
plaatse van ouds gebruikelijken trant, het beschermen
van bouwvallen, het redden van „natuurmonumenten",
zoo wat betreft het dieren-, planten- als delfstoffenrijk,
het ondersteunen van plaatselijke kunstnijverheid, het
in stand houden van plaatselijke zeden, gewoonten en
kleederdrachten.
Een deel van dit programma heeft, ten onzent, de Ver-
eeniging tot Behoud van Natuurmonumenten reeds als
haar taak gekozen. Het kan ons doel niet zijn in alles
het Duitsche voorbeeld na te volgen. Immers voor het
beschermen der gedenkteekenen wordt bij ons door de
Regeering gezorgd. Is ook wellicht in dit opzicht nog
niet alles bereikt, wat er zou kunnen bereikt worden,
toch mag met grond worden verwacht, dat, vooral door
het optreden der Rijkscommissie voor de Monumenten
steeds minder gedenkteekenen als een offer van on
wetendheid en onverschilligheid zullen vallen, of door
een zoogenaamde „restauratie" van hun oude schoon
heid zullen worden beroofd. Ook onze oudheidkundige
vereenigingen schieten in het vervullen van haar taak,
om voor bedreigde gedenkteekenen in de bres te sprin
gen, geenszins te kort.
Het beschermen der bouwvallen, die in Nederland min
der talrijk zijn dan in Duitschland, kan eveneens aan
de reeds genoemde lichamen worden overgelaten.
Zoo zou dan voor ons als taak kunnen blijven: het
bevorderen van het bouwen ten plattenlande in den ter
plaatse gebruikelijken trant, bet ondersteunen van
plaatselijke kunstnijverheid benevens het in stand hou
den van plaatselijke zeden, gewoonten en kleeder
drachten.
Van deze drie punten is zeker het eerste het meest be
langrijke. Wanneer wij ons daartoe bepalen en boven
dien nog trachten, al wat tot ontsiering van stads
gezichten of landschappen zou strekken, zooveel in ons
23