zonder rijke woningen aantreffen. Sedert eeuwen de naam werd ontleend op het eind der 15e eeuw aan de familie Gobelin die een wolververij en weverij bij Parijs had werd dit wandtapijt toe gepast. Het hing los aan den muur en was dus ver plaatsbaar, doch sedert 1680 wordt het als andere stoffen weefsels gespannen op houten ramen. Hoe wel het soms direct boven het plint begint, komt het sinds het eind der eeuw meer en meer boven een lage lambrizeering van 0,700,90 M. hoogte. Bij de voorstellingen domineeren de landschappen met boomen, gestoffeerd met figuren; vandaar dat de groene kleur met schakeering van bruin tot geel algemeen als toon overheerscht. Behalve deze onderwerpen ziet men ook mythologische en alle gorische voorstellingen toegepast. Wellicht als goedkoopere navolging hiervan zien we op het eind der eeuw linnen behangsels met wolornament ver sierd, gelijk het Utrechtsche poppenhuis dit met een zigzag patroon vertoont. Daarnaast heeft het be ïnvloed het maken van geschilderd behangsel. Verschillende schilders maken hiervan een eigen vak. Voorzeker mag men Frederik de Moucheron (16331686) en Gérard (de) Lairesse (1640 1711), den Luiker Waal sinds 1664 in ons land werkzaam, met eere hiervoor noemen. Met den laatste werkt samen Johannes Glaubert, genaamd Polidorro (16641726). Hun stukken zijn sterk onder invloed van het heroisch Italiaansche land schap, dat in dien tijd als ideaal verheerlijkt wordt ten koste van ons eigen landschapschoon. De zoldering bestaat uit moer- en kinderbinten, waarover de vloerdelen liggen. Bij het eenvoudige huis blijft het blanke eikenhout in het gezicht of 32

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 30