regententijd. De opdrachtgevers hebben geen geld gespaard, zelfs moet de uitgave een Czaar Peter den Groote te machtig geweest zijn. Althans nadat hij 20.000 voor zoo'n poppenhuis-bouw had vast gesteld en deze som was overschreden, heeft zijn lastgever Christoffel Brants, een rijk Amsterdamsch koopman en vertegenwoordiger of resident van Rusland, het voor eigen rekening laten voltooien. In het algemeen kan men zeggen dat bij het pop penhuis de idee voorop staat de vertrekken van een heerenhuis te laten zien van den kelder tot den zol der. Een zekere vrijheid behield men zich voor, om de kamers, die in werkelijkheid achter elkaar lig gen, naast elkaar aan te brengen. Overigens heeft men met een ongeloofelijken zin voor de werkelijk heid dit alles"gedetailleerd. Zoo zien wij, het eind- 17e eeuwsche poppenhuis in het Centraal Museum te Utrecht als voorbeeld nemend, dat de vloer met tegels, matten en tapijten belegd is. Voorts zijn de wanden bepleisterd of met stoffen, zijden en goud- leeren behangsels bekleed, en de zolderingen betim merd met balken of met compartimenten, waarin schilderingen zijn aangebracht. De ruimten zelf zijn gestoffeerd met groot en klein huisraad en rari teiten. Aan de wanden hangen schilderijen, borde- rekken en spiegels; aan de plafonds vogel kooien, bedhemels en wat al niet. De kelders zijn gevuld met vaten, inmaakpotten, flesschen; in de keukens zien wij fornuizen, gootsteenen, aanrech ten, benevens aschpotten, serviezen, schotels en tingerei. Het voorhuis en salet, de gang en trap, de kunst- en kinderkamer, de slaap- en kraamkamer, de berg- en mangelzolder zijn alle op een wijze in gericht, die het volle dagelijksche leven zoo sug- 17 2

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 15