HOOFDSTUK V
EN KHUIZER ZEEVAARDERS
We noemden Jan Huygen van Linschoten; hij is
ook een van Enkhuizens vermaardhedeneen van
die talrijke zeevaarders, wier faam ver buiten de
grenzen van het gemeenebest weerklonk. Tegen
het einde der XVIe eeuw begon men pogingen te
doen om bij het noorden om naar China of Cathay,
zooals men China in de Middeleeuwen noemde,
en Oost-Indië te varen. Vooral een bekend Enk-
huizer, Doctor Frangois Maelson, Jacob Valk,
tresorier van Zeeland, en de Middelburgsche
koopman Balthasar de Moucheron spanden zich
voor dit plan. Een schip uit Enkhuizen werd toe
gerust, een ander uit Zeeland, terwijl door toedoen
van Petrus Plancius, een Amsterdamsch predi
kant, ook de hoofdstad een schip in gereedheid
liet brengen. Leider van den tocht was Cornelisz
Naey, op het zeeuwsche schip, met als stuurman
Pieter Dirksz Strikbolle, beiden Enkhuizers. Op
het Enkhuizer schip, de „Mercurius" voeren als
schipper Brandt Ysbrantsz en als stuurman Claes
Cornelisz, ook twee Enkhuizers, terwijl de „wel
ervaere" Jan Huygen van Linschoten, die lang
in Voor-Indië geweest was, als commies meeging.
Willem Barentsz was schipper en stuurman van
het Amsterdamsche vaartuig. Onder veel weder-
70