magistraat Mr Pompejus de Roovere. Een
in 1841 in het Onze-Lieve-Vrouwekoor op
gericht monument in namaak-gothischen stijl
voor den Dordtschen zeeschilder J. C. Scho
tel blijve liever onbesproken. Ook het orgel
(uit 1671) verdient vermelding, benevens
de moderne glas-in-lood-vensters, die, dank
zij eenigen Dordtschen families, in enkele
kapellen zijn aangebracht. Het kostbare
avondmaalsgoud dient hier vermeld, alhoe
wel dit boekje zich bepaalt tot de bespreking
van onroerend goed.
Wel tot den onroerenden inventaris der
kerk behoort een viertal muurschilderingen,
waarvan er twee in den noordelijken koor
omgang en twee in de St. Andrieskapel zijn
aangebracht. Zij zijn alle laat-middel-
eeuwsch. De eerste twee stellen Christus als
man van smarten en eene overreiking van een
kerkgebouw (de Groote Kerk?) door een
Koning Heynrijkus (Hendrik VII?) aan de
H. Ghelyen voor: de beide andere her
inneren aan het feit, dat de St. Andrieskapel
vroeger, gelijk zooveel andere kapellen der
Groote Kerk, aan een der gilden, n.1. het
vischkoopersgilde heeft behoord. Beide
wandschilderingen stellen n.1. visschers voor,
die in beide handen visschen dragen.
De verdere geschiedenis van Dordrechts
Groote Kerk, na hare ingebruikneming door
34