beurt weer afgedekt met een éénsteens rollaag van afwisselend roode en gele steen. Het woonvertrek op den beganen grond meet 3.40 X 3.80 M. bij een hoogte van slechts 2.10 M. Een groot deel van het kamertje wordt ingenomen door kasten, de een diepte van 50 c.M. hadden, doch later toen het huis voor perma nente woning werd ingericht tot 30 c.M. werden terug gebracht. De genoemde kastenwand is betimmerd met ongepro- fileerde pilasters, terwijl een kooflijst is aangebracht onder de zolderbalken. De verdwenen schouw komt op zijn plaats terug, en ook de zolder zal, van verf ont daan, weer de witgeschuurde grenenplanken laten zien. Uit de kamer komt men in een portaal van 1.50 X 1.70 M. waar een spiltrap naar boven voert. Tegeltjes sieren den wand. De bovenverdieping wordt afgesloten door een draaihekje. Wat beschildering betreft is de bovenverdieping het meest aantrekkelijk. De blauwe kleur is iets matter dan van de blauwe tegels: het geheel geeft een rustigen indruk aan deze kamer, die als het ware een verlengstuk vormt van het weideland schap, waarop het venster uitzicht geeft. Eén gedachte komt steeds naar voren als men in zoo'n miniatuurhuisje rondloopt, dat kastruimte levensvoor waarde voor de vroegere bewoners is geweest. Inder- daad had de welgestelde Hindeloopernogal een en ander te bergen aan lijfgoederen en sieraden. Wanneer alle voorgenomen restauraties in Hinde- loopen haar beslag gekregen zullen hebben -rechts in de straat staan eenige topgevels, die hiervoor zeker in aanmerking komen waartoe de bewoners bereid blijken, dan zal het ontdekkend genieten van Hinde- loopen, zooals men dat nu moet doen, veranderen in een beschouwend genieten. Welk een bekoorlijkheid er uitgaat van zoo'n harmonisch geleden gevel kan men ondervinden bij den omgezetten gevel van het 96

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 116