74 het terug in de begroeiing van oude eendenkooien. Klimmen we omhoog langs kleurige klaver- en graan velden, dwars door de boomgaarden van Zuid Lim burg, dan bloeien in de holle wegen maagdepalm en klaverzuring. Hazelaars en haagbeuken verraden, dat we door een rest van het eiken-haagbeukenwoud loopen. Een gaver geheel vormt het Onderste Bosch bij Epen, waar wij ook in ontgravingen het bodem profiel kunnen bekijken. Op den top van den heuvel verdwijnen de haagbeuken evenals de hazelaar en de kornoelje. De berk verschijnt en naast hem vuilboom en hulst. Boschbessen, adelaarsvarens, hengel en hei komen te voorschijnde bodem biedt hier door armoede slechts plaats aan het eiken-berkenbosch, dat zelfs hier en daar in heide is veranderd. Een mooier studieveld in een kleiner gebied is dus haast niet denk baar. Wij zien hoe zich op den natten, hoogen, rijken en armen grond steeds een andere boschgemeenschap heeft ontwikkeld. Wij zien elzen en wilgen met hun begeleiders, beuken met hun volgelingen, eiken en berken op den voet gevolgd door hei. Eens waren deze gemeenschappen groote bosschen, tegenwoordig vin den wij slechts resten van deze levensgemeenschappen terug. Soms zijn het slechts een paar heggen in het bouwland, soms een armoedig stuk hei met wat dennen, maar hier en daar liggen nog brokstukken, die de moeite waard zijn. Wij zwerven dan door het bosch en genieten van boomen, struiken en planten, die in har monie naast en onder elkaar groeien. Het is daarom in ons kleine land geen luxe, dat de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten, het Staatsbosch- beheer en de „landschappen" steeds op de bres staan om ieder stukje bosch, dat een levensgemeenschap vormt, te beschermen en te behouden. Want zij zijn echte stukjes natuur, wel niet meer geheel oorspron kelijk en vaak door den mensch beïnvloed, maar zij

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschutserie - Boekje 1941-1954 | 1946 | | pagina 87